®
VLT
Decentrale FCD 300 Design Guide
Pulsstart
: als gedurende ten minste 14 minuten een puls wordt gegeven,
start de frequentieomvormer de motor, op voorwaarde dat er geen stop-
commando is gegeven. De motor kan worden gestopt door
verteerd
kort te activeren.
Omkeren
dient om de draairichting van de motoras te wijzigen. Logisch
'0' leidt niet tot omkeren. Logisch '1' leidt tot omkeren. Het omkeersignaal
verandert alleen de draairichting; de motor wordt hierdoor niet gestart.
Is niet actief bij
Procesregeling met terugkoppeling
Uitgangsfrequentiebereik/richting.
200
Omkeren en start
wordt gebruikt voor start/stop en voor omkeren met
hetzelfde signaal. Er mag op hetzelfde moment geen startcommando ac-
Procesregeling met terugkoppeling.
tief zijn. Is niet actief bij
Uitgangsfrequentiebereik/richting
rameter 200
Start rechtsom
wordt gebruikt wanneer de motoras bij het starten alleen
rechtsom moet kunnen draaien. Mag niet worden gebruikt bij
geling met terugkoppeling.
Start linksom
wordt gebruikt wanneer de motoras bij het starten alleen
linksom moet kunnen draaien. Mag niet worden gebruikt bij
ling met terugkoppeling.
Zie ook parameter 200
reik/richting.
Jog
wordt gebruikt om de uitgangsfrequentie te forceren naar de jog-
frequentie die is ingesteld in parameter 213
ongeacht of er een startcommando gegeven is, maar niet als
stop
Snelle stop
DC-rem
,
of
actief zijn.
Referentie vasthouden
houdt de actuele referentie vast. De referentie kan
Snelheid omh.
uitsluitend worden gewijzigd via
Referentie vasthouden
actief is, wordt deze opgeslagen na een stopcom-
mando en in geval van een netstoring.
Uitgang vasthouden
houdt de actuele uitgangsfrequentie (in Hz) vast. De
uitgangsfrequentie kan nu uitsluitend worden gewijzigd via
omh.
Snelheid omlaag
en
.
NB!
Uitgang vasthouden
Als
omvormer alleen worden gestopt als
Snelle stop
DC-rem
of
ingang.
Snelheid omh.
Snelheid omlaag
en
geling voor het verhogen/verlagen van de snelheid nodig is. Deze functie
Referentie vasthouden
is alleen actief als
lecteerd.
Als
Snelheid omh.
actief is, zal de referentie of de uitgangsfrequentie
Snelheid omlaag
toenemen, en als
gangsfrequentie worden verlaagd. De uitgangsfrequentie wordt gewij-
zigd via de uitlooptijden die zijn ingesteld in de parameters 209-210
2
.
Stop geïn-
. Zie ook parameter
Zie ook pa-
.
Procesre-
Procesrege-
Uitgangsfrequentiebe-
Jog-frequentie.
Jog is actief
Vrijloop na
Snelheid omlaag
en
. Als
Snelheid
actief is, kan de frequentie-
Vrijloop na stop
,
is geselecteerd via een digitale
worden gebruikt als een digitale re-
Uitgang vasthouden
of
is gese-
actief is, zal de referentie of de uit-
Ramp
®
MG.90.S1.10 – VLT
is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
Een puls (logisch '1' minstens 14 ms hoog en een minimale remtijd van
14 ms) zal leiden tot een snelheidsverandering van 0,1% (referentie) of
0,1 Hz (uitgangsfrequentie). Voorbeeld:
Klem2
Klem33 Referentie vast-
9
houden/uitgang
vasthouden
0
0
1
0
1
1
1
0
1
1
1
1
Referentie vasthouden
kan ook worden gewijzigd als de frequentieom-
vormer gestopt is. Bovendien blijft de referentie in het geheugen als de
netvoeding wordt afgeschakeld.
Versnellen/Vertragen
wordt gebruikt als de referentiewaarde verhoogd
of verlaagd moet worden met een programmeerbaar percentage dat is
Referentie versnellen/vertragen
ingesteld in parameter 219
Vertragen
Versnellen
0
0
0
1
1
0
1
1
Ramp 2
wordt gebruikt als tussen Ramp 1 (parameter 207-208) en Ramp
2 (parameter 209-210) moet kunnen worden geschakeld. '0' leidt tot
Ramp 1 en logisch '1' leidt tot Ramp 2.
Digitale ref., lsb
en
Digitale ref., msb
vier digitale referenties te kiezen (zie onderstaande tabel).
Digitale ref.,
Digitale ref.,
msb
lsb
0
0
0
1
1
0
1
1
Digitale referentie aan
wordt gebruikt om te schakelen tussen externe en
digitale referenties. Er wordt hierbij aangenomen dat
is geselecteerd in parameter 214
Referentiefunctie
referenties zijn actief, logisch '1' = een van de digitale referenties is actief,
zoals is af te leiden uit bovenstaande tabel.
Precisiestop, geïnverteerd
wordt gebruikt om een hoge nauwkeurigheid
te verkrijgen wanneer een stopcommando wordt herhaald. Logisch '0'
betekent dat de motorsnelheid uitloopt tot stop volgens de geselecteerde
uitlooptijd.
Precisiestart/stop
wordt gebruikt om een hoge nauwkeurigheid van een
herhaald start- of stopcommando te verkrijgen.
Pulsreferentie
wordt gebruikt als een pulsreeks (frequentie) is geselec-
teerd als referentiesignaal. 0 Hz komt overeen met parameter 204
mumreferentie, Ref
.
De ingestelde frequentie in parameter 327/328
MIN
Puls Max 33/29
komt overeen met parameter 205
Ref
.
MAX
Pulsterugkoppeling
wordt gebruikt als het gebruikte terugkoppelsignaal
een pulsreeks (frequentie) is. In parameter 327/328
wordt de maximale pulsterugkoppelingsfrequentie ingesteld.
Pulsingang
wordt gebruikt als een specifiek aantal pulsen moet leiden tot
een
Precisiestop
; zie parameter 343
lerwaarde
.
Keuze van setup, lsb
en
Keuze van setup, msb
een van de vier setups te selecteren. Parameter 004 moet hiervoor echter
Multisetup
op
zijn ingesteld.
4 Programmeren
Functie
Geen snelheidswijziging
Snelh. omh.
Snelh. omlaag
Snelh. omlaag
.
Functie
Snelheid ongewijzigd
Verhoogd met %-waarde
Verlaagd met %-waarde
Verlaagd met %-waarde
maken het mogelijk om een van de
Functie
Digitale ref. 1
Digitale ref. 2
Digitale ref. 3
Digitale ref. 4
Extern/digitaal
[2]
. Logisch '0' = externe
Mini-
Maximumreferentie
Puls Max 33/29
Precisiestop
en parameter 344
Tel-
maken het mogelijk om
4
93