1 Het decentrale concept
Type
303-315
1
322-335
Tabel 1.2: Montagebeugel voor remweerstanden
VLT-type
Intermitterende remtijd
[seconden]
303 (400 V)
305 (400 V)
307 (400 V)
311 (400 V)
315 (400 V)
322 (400 V)
330 (400 V)
335 (400 V)
Tabel 1.3: Draadgewonden remweerstand werkcyclus 40%
*Er moet altijd worden voldaan aan nationale en lokale voorschriften
P
motor
R
min
R
rec
P
b, max
Thermisch relais
Codenr.
Kabeldoorsnede
Zie de afmetingen van draadgewonden remweerstanden in de instructies MI.90.Fx.yy.
Extern gemonteerde remweerstanden in het algemeen
Gebruik geen agressieve ontvettingsmiddelen. Ontvettingsmiddelen moeten pH-neutraal zijn.
Dynamisch remmen
Zie
voor het selecteren van de juiste remweerstanden.
24
P
R
R
P
motor
min
rec
[kW]
[Ω]
[Ω]
120
0,37
520 830 0,45
120
0,55
405 830 0,45
120
0,75
331 620 0,32
120
1,1
243 430 0,85
120
1,5
197 330 0,85
120
2,2
140 220 1,00
120
3,0
104 150 1,35
120
3,3
104 150 1,35
: Nominaal motorvermogen voor VLT-type
: Minimaal toegestane remweerstand
: Aanbevolen remweerstand (Danfoss)
: Nominaal vermogen remweerstand volgens opgave leverancier
: Instelling remstroom thermisch relais
: Bestelnummers voor Danfoss remweerstanden
: Aanbevolen minimale waarde op basis van met pvc geïsoleerde koperen kabel, een omge-
vingstemperatuur van 30 °C met normaal warmteverlies
MG.90.S1.10 – VLT
Thermisch relais
Codenr.
b, max
[kW]
[A]
175Uxxxx
0,7
1976
0,7
1976
0,7
1910
1,4
1911
1,6
1912
2,1
1913
3,0
1914
3,0
1914
®
is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
®
VLT
Decentrale FCD 300 Design Guide
Bestelnr. 175Nxxxx
2402
2401
Kabeldoorsnede
2
[mm
]
1,5*
1,5*
1,5*
1,5*
1,5*
1,5*
1,5*
1,5*