Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Aarding Van Afgeschermde/Gewapende Stuurkabels; Correcte Aarding; Beveiliging Met Betrekking Tot Aardpotentieel Tussen - Danfoss VLT FCD 300 Bedieningshandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

3 Installatie

3.3.11 Aarding van afgeschermde/gewapende stuurkabels

Stuurkabels moeten in het algemeen afgeschermd/gewapend zijn en de afscherming moet door middel van een kabelklem aan beide uiteinden aan de
metalen behuizing van de eenheid verbonden zijn.
Op de tekening wordt aangegeven hoe correcte aarding tot stand wordt gebracht en wat u moet doen in geval van twijfel.
1.

Correcte aarding

3
Stuurkabels en kabels voor seriële communicatie moeten aan
beide uiteinden kabelklemmen hebben om te zorgen voor opti-
maal elektrisch contact.
2.
Onjuiste aarding
Gebruik geen kabelafschermingen met gedraaide uiteinden
(pigtails), aangezien deze de afschermingsimpedantie bij hoge
frequenties verhogen.
3.

Beveiliging met betrekking tot aardpotentieel tussen

PLC en VLT
Als het aardpotentieel van de VLT frequentieomvormer en de
PLC (enz.) verschillend is, kan er elektrische interferentie optre-
den die het hele systeem verstoort. Dit probleem kan worden
verholpen door een potentiaalvereffeningskabel naast de stuur-
kabel aan te sluiten. Minimale kabeldoorsnede: 16 mm
4.
Aardlussen van 50/60 Hz
Als er zeer lange stuurkabels worden gebruikt, kunnen er aard-
lussen van 50/60 Hz ontstaan die het hele systeem verstoren.
Dit probleem kan worden verholpen door één uiteinde van de
afscherming te aarden via een condensator van 100 nF (korte
pinlengte).
48
2
.
®
MG.90.S1.10 – VLT
is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
®
VLT
Decentrale FCD 300 Design Guide

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave