Hoofdstuk 1 Kopiëren
3
Voer het aantal kopieën en sets in
met behulp van de numerieke
toetsen.
4
Raak [Scheiding] aan.
Het scherm [Scheiding] wordt weergegeven.
5
Stel de opties voor sorteren en
scheidingspagina in.
Stel indien nodig ook de opties [Papier] en
[Nummerafdr.] in.
^
^
•
Als u de optionele offset nietmachine, de
stapelaar met grote capaciteit of de
multifunctionele afwerkeenheid gebruikt,
kunt u [Verspr. uitv] configureren.
Raadpleeg het volgende voor meer
informatie:
-
Wanneer u de offset nietmachine
gebruikt (p.191 "Verspr. uitv
([Programma])")
-
Wanneer u de stapelaar met grote
capaciteit gebruikt (p.211 "Verspr. uitv
([Programma])")
-
Wanneer u de multifunctionele
afwerkeenheid gebruikt (p.225 "Verspr.
uitv ([Programma])")
6
Raak [OK] aan.
Het scherm [Bevestigen] wordt weergegeven.
78
7
Selecteer [Overschrijven] of
[Registreren als].
Om op te slaan door een naam te geven, voert u
een programmanaam in en raakt u [OK] aan.
De registratie is nu voltooid.
Op het scherm [Bevestigen] raakt u [Sluiten] aan.
^
^
•
Als [Niet registreren] is geselecteerd,
worden de opgegeven gedetailleerde
instellingen geannuleerd en verandert de
weergave terug naar het scherm voor het
bewerken van programma's.
8
Raak [OK] aan.
Een programma ophalen
^
^
U kunt een opgeslagen programma oproepen.
1
Raak [Programma] aan.
Het scherm [Programma] wordt weergegeven.
2
Selecteer het op te roepen
programma.
Het geregistreerde aantal kopieën en sets wordt
weergegeven in een lijst.
3
Raak [OK] aan.
De programma-instellingen
^
^
wijzigen
U kunt een opgeslagen programma wijzigen.
1
Raak [Programma] aan.
Het scherm [Programma] wordt weergegeven.
Gebruikershandleiding ComColor GL-serie