Inhoudsopgave
Advertenties
Hoofdstuk 1 Kopiëren
3
Raak [Beeldselectie] aan.
Het scherm [Overlay-beeldselectie] wordt
weergegeven.
Om de map te wijzigen, raakt u het tekstvak voor
[Mapnaam] aan. Selecteer de map in het scherm
[Geselecteerde map] en raak [OK] aan.
Selecteer het bestand dat als overlay-beeld moet
worden gebruikt in de lijst met documenten en raak
[OK] aan. U keert terug naar het scherm [Overlay].
^
^
•
Wanneer een document in de lijst wordt
geselecteerd, wordt in [Overlay-beeld]
een voorbeeld weergegeven. Raak [
[
] aan om te wisselen tussen de
pagina's.
•
Raak [Details] aan om het scherm
[Details] weer te geven en de details van
het document te bekijken.
4
Configureer de doelpagina's.
Als het bestand dat moet worden gebruikt als
overlay-beeld meerdere pagina's bevat, selecteer u
welke pagina van toepassing is.
[Alle pagina's]: alle pagina's worden gebruikt als het
overlay-beeld. Het beeld wordt vanaf de eerste
pagina in lagen over het origineel gelegd.
[Eerste pagina]: alleen het beeld op de eerste
pagina wordt gebruikt als het overlay-beeld.
^
^
•
U kunt geen andere pagina opgeven dan
de eerste pagina.
5
Configureer de herhaling.
[ON]: het overlay-beeld wordt meermaals in lagen
over het origineel gelegd.
[OFF]: het beeld wordt niet herhaald. Het beeld op
de opgegeven pagina in het opgegeven bestand
wordt slechts één keer gebruikt over het origineel.
Het beeld wordt niet over de rest van de pagina's
van het origineel in lagen gelegd.
6
Configureer de prioriteitslaag.
[Origineel]: het origineel wordt in lagen bovenop het
overlay-beeld gelegd.
76
[Overlay-beeld]: het overlay-beeld wordt in lagen
bovenop het origineel gelegd.
7
Raak [OK] aan.
•
Gebruik een overlay-beeld (beeld opgeslagen
^
^
in de opslag) met dezelfde grootte als het
origineel. Het beeld kan niet worden vergroot
of verkleind om het in lagen te leggen.
•
Het overlay-beeld moet in de opslag worden
opgeslagen met de instelling voor enkelzijdig
afdrukken.
•
Wanneer de resolutie van het origineel
verschilt van de resolutie van het overlay-
beeld, kan de afdruk grof worden. Maak
kopieën nadat u de instellingen bij
[Beeldkwaliteit] voor het origineel en het
overlay-beeld op elkaar hebt afgestemd.
•
Als de kopie is ingesteld op zwart-wit en het
overlay-beeld is een kleurenbeeld, dan zal het
beeld ook in zwart-wit worden gekopieerd.
•
Als het formaat of de oriëntatie van het papier
verschilt van het origineel en van dat van het
overlay-beeld, is de overlay-functie niet
] /
beschikbaar.
•
Documenten worden in de opslag opgeslagen
in de vorm van gegevens met details over de
instellingen. Wanneer u een document afdrukt,
moet u hetzelfde papiertype gebruiken als
hetgeen werd geconfigureerd toen het
document in de opslag werd opgeslagen. Als u
het papiertype wijzigt, verandert het
afdrukresultaat.
•
Als het originele beeld en het overlay-beeld
overlappen over de delen met dezelfde kleur,
kan het moeilijk zijn om het beeld van de
geassimileerde delen te onderscheiden.
Programma
Wanneer u het verschillende aantal kopieën per
groep wilt verspreiden (zoals voor klassen of
bedrijfsafdelingen), kunt u het benodigde aantal
kopieën snel afdrukken met één kopieertaak.
Om bijvoorbeeld met alle eerstejaars een folder
mee te geven voor hun ouders, kunt u de folders
afdrukken door de kopieën per klas te verdelen.
•
U moet vooraf een programma registreren
^
^
voor het aantal kopieën en sets, sorteren,
scheidingspagina's en andere opties voor elke
groep.
•
[Programma] kan niet samen met [Sorteren],
[Overlay] of [Scheiding] worden gebruikt. (p.66
"Sorteren", p.75 "Overlay", p.79 "Scheiding")
Gebruikershandleiding ComColor GL-serie
Advertenties
Inhoudsopgave
