Hoofdstuk 3 Afdrukken
Instellingen printerstuurprogramma
In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe de
basisinstellingen van het printerstuurprogramma,
zoals kleurmodus, dubbelzijdig/enkelzijdig
afdrukken en papiertype, worden geconfigureerd.
Gemeenschappelijke
knoppen
De gemeenschappelijke knoppen worden op elk
tabblad van het scherm [Voorkeursinstellingen]
weergegeven.
^
^
Aan favorieten toevoegen
De huidige instellingen op het scherm van het
printerstuurprogramma kunnen worden
opgeslagen zodat u ze later weer kunt oproepen.
U kunt tot 30 groepen instellingen opslaan.
•
U hebt beheerdersrechten nodig om de functie
^
^
[Aan favorieten toevoegen] te gebruiken op uw
computer.
114
1
Configureer de nodige instellingen
in het scherm van het
printerstuurprogramma.
2
Klik op [Aan favorieten toevoegen].
Het dialoogvenster [Aan favorieten toevoegen]
verschijnt.
3
Geef een naam op.
Geef een naam van 1 tot 20 tekens op.
4
Klik op [Invoer].
De instellingen worden opgeslagen en
weergegeven op het tabblad [Favorieten].
^
^
Stndrd herstel
Zet alle instellingen in het scherm van het
printerstuurprogramma terug op de
standaardwaarden.
Gebruikersinstellingen
^
^
Zet alle instellingen in het scherm van het
printerstuurprogramma terug op de door de
gebruiker ingestelde waarden.
Geef de waarden voor de gebruikersinstellingen
als volgt op.
1
Selecteer de printer uit de GL-serie
via [Start] - [Instellingen] -
[Apparaten] of [Bluetooth &
apparatenen] - [Printers en
scanners].
2
Klik op [Beheren] - scherm
[Eigenschappen van printer].
Gebruikershandleiding ComColor GL-serie