II
42
ONDERHOUDSINTERVALINDICATOR
Deze indicator informeert u wanneer de volgende voorgeschreven onderhoudsbeurt dient plaats te vinden. De informatie wordt bepaald op
basis van de volgende twee factoren: het aantal afgelegde kilometers en de verstreken tijd sinds de laatste onderhoudsbeurt.
Werking
Bij het aanzetten van het contact wordt op
het display naast het symbool van de
onderhoudssleutel het aantal kilometers
getoond dat nog verreden kan worden tot
de volgende onderhoudsbeurt.
Voorbeeld: aantal kilometers tot de eerst-
volgende onderhoudsbeurt:
Enkele seconden later wordt het olieniveau
getoond en daarna zal de kilometerteller
normaal functioneren. Naast de kilometer-
teller wordt ook de dagteller getoond.
INSTRUMENTENPANEEL
Als het aantal kilometers tot de
eerstvolgende onderhoudsbeurt
minder dan 1 000 bedraagt
Elke keer dat het contact wordt aangezet,
zullen de onderhoudssleutel en het reste-
rend aantal kilometers gedurende 5 secon-
den gaan knipperen.
Voorbeeld: het aantal kilometers tot de
volgende onderhoudsbeurt is 500. Bij het
aanzetten van het contact toont het display
gedurende vijf seconden:
Enkele seconden later wordt het olieniveau
getoond en daarna zal de kilometerteller
normaal functioneren; de onderhoudssleu-
tel blijft nu zichtbaar.
Dit geeft aan dat er op korte termijn een
onderhoudsbeurt moet worden uitgevoerd.
Naast de kilometerteller wordt ook de dag-
teller getoond.
Als de kilometerstand voor de
onderhoudsbeurt is overschre-
den:
Elke keer dat het contact wordt aangezet,
knipperen de onderhoudssleutel en het aan-
tal kilometers waarmee de voorgeschreven
onderhoudsbeurt is overschreden.
Voorbeeld: u heeft 300 km te veel gere-
den.
De auto heeft op korte termijn onderhoud
nodig.
Enkele seconden na aanzetten van het con-
tact werkt de kilometerteller weer normaal,
maar blijft de onderhoudssleutel zichtbaar.