VERVANGEN VAN DE RUITENWISSERBLADEN
Om de wisserbladen te kunnen vervangen, moet u de wisserarmen in de onderhoudsstand zetten. Dat doet u door het contact uit te zetten en
dan binnen een minuut de ruitenwissers aan te zetten. De ruitenwissers gaan dan rechtop staan.
Nadat de wisserbladen vervangen zijn, zet u het contact aan en bedient u de ruitenwisserschakelaar. De ruitenwissers gaan dan weer in de
normale stand staan.
Let op: als u de ruitenwissers in de onderhoudstand zet, wordt ook de beweegbare spoiler in de onderhoudstand gezet. Zie "Beweegbare spoiler".
RUITENWISSERS
RUITENSPROEIERS VÓÓR
Trek de hendel van de ruitenwisserschakelaar naar u toe om de voorruit te sproeien.
Bij het sproeien gaan de wissers tijdelijk werken en, als het dimlicht aanstaat, worden ook de
koplampen schoongespoten.
Als er minder dan 1 liter in het ruitensproeierreservoir zit, verschijnt er een bericht op het display.
Controleer bij vorst of de wisserbladen niet aan de ruit zijn vastgevroren, voordat u de
Verwijder opgehoopte sneeuw van de voorruit.
ruitenwissers inschakelt.
15
I
69