7.2 Netvoeding
7.2.1 Eénfase voedingsspanning
•
1 x 200-240 V - 10 %/+ 10 %, 50/60 Hz, PE.
Controleer of de voedingsspanning en -frequentie overeenkomen
met de waarden die op het typeplaatje vermeld staan.
Als de motor via een IT-netwerk gevoed wordt, dient
een specifieke motor voor IT-netwerken te worden
N.B.
gebruikt. Neem contact op met Grundfos.
De aansluitdraden in de klemmenkast van de motor moeten zo
kort mogelijk zijn. Uitzondering hierop is de afzonderlijke
beschermende aarddraad, die zo lang dient te zijn dat deze als
laatste de verbinding verbreekt als de kabel onopzettelijk uit de
kabeldoorvoer wordt getrokken.
Voor maximale reservezekering, zie paragraaf
27.1
Voedingsspanning.
Afb. 15 Voorbeeld van een motor op netvoeding met netscha-
kelaar, reservezekering en aanvullende beveiliging
Afb. 16 Netaansluiting, eenfase motoren
7.2.2 Driefasen voedingsspanning
•
3 x 380-500 V - 10 %/+ 10 %, 50/60 Hz, PE.
Om losse verbindingen te vermijden dient u ervoor te
zorgen dat het klemmenblok voor L1, L2 en L3 in
Voorzichtig
diens connector wordt gedrukt bij het aansluiten van
de voedingskabel.
Aarden aan een driehoek is niet toegestaan voor
N.B.
voedingsspanningen van meer dan 3 x 480 V, 50/60
Hz.
Controleer of de voedingsspanning en -frequentie overeenkomen
met de waarden die op het typeplaatje vermeld staan.
Als de motor via een IT-netwerk gevoed wordt,
N.B.
gebruikt u een specifieke motor voor IT-netwerken.
Neem contact op met Grundfos.
De aansluitdraden in de klemmenkast van de motor moeten zo
kort mogelijk zijn. Uitzondering hierop is de afzonderlijke
beschermende aarddraad, die zo lang dient te zijn dat deze als
laatste de verbinding verbreekt als de kabel onopzettelijk uit de
kabeldoorvoer wordt getrokken.
Voor maximale reservezekering, zie paragraaf
28.1
Voedingsspanning.
L1
L2
L3
PE
Afb. 17 Voorbeeld van een motor op netvoeding met netscha-
kelaar, reservezekeringen en aanvullende beveiliging
Afb. 18 Netaansluiting, driefasenmotoren
L1
L2
L3
9