6.3 Monteren van pompkop
Waarschuwing
Voordat u gaat werken aan de pomp, dient u er zeker
van te zijn dat de voedingsspanning al ten minste 5
minuten is uitgeschakeld. U dient er zeker van te zijn
dat de voedingsspanning niet per ongeluk kan wor-
den ingeschakeld.
Waarschuwing
Als de pompkop geheel of gedeeltelijk van het pomp-
huis is gehesen, moet u bijzonder opletten bij het
terugplaatsen van de pompkop. Zie de instructies
hieronder.
Waarschuwing
Laat de pompkop niet vallen. Zie afb. 8.
Waarschuwing
Bij het losdraaien van de klem bestaat de kans dat er
damp ontsnapt. Zie afb. 8.
Als om welke reden dan ook de pompkop van het pomphuis is
getild, volgt u de volgende procedure om de pompkop op correcte
wijze te monteren:
1. Controleer visueel of de grondring gecentreerd is in het pomp-
huis. Zie afb. 9.
Afb. 9 Centreren van grondring
2. Laat de pomp met rotoras en waaier voorzichtig in het pomp-
huis zakken. Zie afb. 10.
Afb. 10 Laten zakken van pompkop
3. Controleer het volgende voordat u de klem aandraait:
– Het contactvlak van het pomphuis en dat van de pompkop
moeten volledig met elkaar in contact zijn.
– De klem moet correct zijn gepositioneerd in de flensuitspa-
ring van zowel de pompkop als het pomphuis. Zie afb. 11.
Draaimoment: 8 Nm (± 1 Nm).
Afb. 11 Plaatsen van klemring
6.4 Voetplaat
Dubbelpompen hebben getapte gaten onder in de pompbehui-
zing. U kunt de gaten gebruiken voor het monteren van een voet-
plaat.
6.5 Isolatie
Isoleer de motorstoel niet, aangezien eventuele
damp die uit de asafdichting ontsnapt dan door de
isolatie ingesloten kan worden en zo corrosie kan
Voorzichtig
veroorzaken. Bovendien, als de motorstoel wordt
afgedekt met isolatiemateriaal zal inspectie en ser-
vice moeilijk worden.
Volg de richtlijnen in afb.
12
bij het isoleren van de pomp.
A
B
Afb. 12 Isolatie van TPE2, TPE3 pompen
Pos.
Beschrijving
A
Zonder isolatie
B
Juiste isolatie
C
Onjuiste isolatie
6.6 Bescherming tegen vorst
Ontdoe pompen die niet worden gebruikt tijdens vorstperioden
van vloeistof om schade te voorkomen.
C
7