7.4.2 Aansluitklemmen, standaard functionele module (FM
200)
De standaardmodule heeft de volgende aansluitingen:
•
twee analoge ingangen
•
twee digitale ingangen of één digitale ingang en één open-col-
lector uitgang
•
Grundfos Digital Sensor ingang en uitgang
•
twee signaalrelaisuitgangen
•
GENIbus verbinding.
Zie afb. 20.
Digitale ingang 1 is fabrieksmatig ingesteld als
start/stop-ingang waarbij een open kringloop uitscha-
keling (stop) tot gevolg heeft.
N.B.
Fabrieksmatig is een doorverbinding aangebracht
tussen klemmen 2 en 6. Verwijder de doorverbinding
als digitale ingang 1 moet worden gebruikt als
externe start/stop of een andere externe functie.
Als voorzorgsmaatregel dienen de aders van de
onderstaande groepen aansluitingen over hun
N.B.
gehele lengte door middel van dubbele isolatie van
elkaar te worden gescheiden.
•
Ingangen en uitgangen
Alle ingangen en uitgangen zijn intern gescheiden van de
delen die de netspanning geleiden door middel van dubbele
isolatie, en elektrisch gescheiden van overige circuits.
Alle regelklemmen worden gevoed door extra lage veiligheids-
pannning (SELV), waardoor er bescherming tegen elektrische
schokken is.
•
Signaalrelaisuitgangen
– Signaalrelais 1:
LIVE:
Via deze uitgang kunnen voedingsspanningen tot 250 VAC
worden aangesloten.
SELV:
De uitgang is elektrisch gescheiden van de overige circuits.
De voedingsspanning of de extra lage veiligheidspanning
kan daardoor naar wens op de uitgang worden aangesloten.
– Signaalrelais 2:
SELV:
De uitgang is elektrisch gescheiden van de overige circuits.
De voedingsspanning of de extra lage veiligheidspanning
kan daardoor naar wens op de uitgang worden aangesloten.
•
Netvoeding, klemmen N, PE, L of L1, L2, L3, PE
Een elektrisch veilige scheiding moet voldoen aan de eisen van
dubbele isolatie, inclusief kruipafstanden en openingen zoals
genoemd in EN 61800-5-1.
12