Motorkoeling; Buitenopstelling; Elektrische Installatie; Bescherming Tegen Elektrische Schok (Indirect Contact) - Grundfos TPE2 Installatie- En Bedieningsinstructies
Verberg thumbnails
Zie ook voor TPE2:
- Installatie- en bedieningsinstructies (92 pagina's) ,
- Installatie- en bedieningsinstructies (111 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
6.7 Motorkoeling
Om voldoende koeling van de motor te garanderen
moet de afstand (D) tussen het uiteinde van het ven-
N.B.
tilatordeksel en een wand of andere vaste voorwer-
pen ten minste 50 mm zijn, onafhankelijk van het
motorvermogen. Zie afb. 13.
Afb. 13 Minimale afstand (D) tussen de motor en een wand of
andere vaste voorwerpen.
6.8 Buitenopstelling
Als u de motor buiten opstelt, dient de motor te worden uitgerust
met een geschikte beschermkap ter voorkoming van condensatie
op de elektronische componenten. Zie afb. 14.
Denk aan de richtlijn in paragraaf
bij het aanbrengen van een beschermkap op de
N.B.
motor.
De beschermkap moet voldoende groot zijn om de motor niet
direct bloot te stellen aan direct zonlicht, regen of sneeuw. Grund-
fos levert geen beschermkappen. We adviseren daarom dat u
een beschermkap laat maken voor de specifieke toepassing. In
gebieden met hoge luchtvochtigheid adviseren we u om de inge-
bouwde stilstandverwarmingsfunctie in te schakelen.
Afb. 14 Voorbeelden van beschermkappen
8
D
6.7 Motorkoeling
7. Elektrische installatie
Voer de elektrische aansluiting uit in overeenstemming met de
lokale voorschriften.
Controleer of de voedingspanning en -frequentie overeenkomen
met de waarden die op het typeplaatje vermeld staan.
Waarschuwing
Voordat u iets aansluit in de klemmenkast dient u er
zeker van te zijn dat de voedingsspanning al ten min-
ste 5 minuten is uitgeschakeld. U dient er zeker van
te zijn dat de voedingsspanning niet per ongeluk kan
worden ingeschakeld.
Sluit de motor aan op een externe hoofdschakelaar
voor alle polen volgens de lokale regelgeving.
Aard de motor in overeenstemming met de plaatse-
lijke regelgeving en bescherm deze tegen indirect
contact.
Als de voedingskabel beschadigd is, dient deze door
de fabrikant, haar servicepartner of door andere
gekwalificeerde persoon vervangen te worden.
De gebruiker of de installateur is verantwoordelijk
voor het installeren van een correcte aarding en
N.B.
bescherming in overeenstemming met de plaatselijke
richtlijnen. Alle handelingen moeten worden uitge-
voerd door een bevoegd elektricien.
7.1 Bescherming tegen elektrische schok (indirect
contact)
Waarschuwing
Aard de motor in overeenstemming met de plaatse-
lijke regelgeving en bescherm deze tegen indirect
contact.
Aarddraden dienen altijd een geel/groene (PE) of
geel/groen/blauwe (PEN) kleur te hebben.
7.1.1 Overspanningsbeveiliging
De motor is beveiligd tegen netspanningspieken in overeenstem-
ming met EN 61800-3.
7.1.2 Motorbeveiliging
De motor heeft geen externe motorbeveiliging nodig. De motor
beschikt over thermische beveiliging tegen langzame overbelas-
ting en blokkering.
Advertenties
Inhoudsopgave
