Predefined Setpoints; Temperatuurbeïnvloeding - Grundfos TPE2 Installatie- En Bedieningsinstructies
Verberg thumbnails
Zie ook voor TPE2:
- Installatie- en bedieningsinstructies (92 pagina's) ,
- Installatie- en bedieningsinstructies (111 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
14.18 Predefined setpoints
Pompuitvoering
TPE3, TPE3 D
TPE2, TPE2 D
Deze functie is alleen beschikbaar als een geavanceerde functio-
nele module is gemonteerd in de pomp:
FM 200*
Functie (klem)
(standaard)
Predefined setpoints
* Zie paragraaf
22. Identificeren van de functionele
U kunt zeven predefined setpoints instellen en activeren door de
ingangssignalen voor digitale ingangen 2, 3 en 4 te combineren
zoals wordt aangegeven in de onderstaande tabel.
Stel de digitale ingangen 2, 3 en 4 in op "Predefined setpoints"
als alle zeven predefined setpoints moeten worden gebruikt. U
kunt ook een of twee van de digitale ingangen instellen op "Pre-
defined setpoints". Hiermee beperkt u echter het aantal beschik-
bare predefined setpoints.
Digitale ingangen
2
3
4
0
0
0
1
0
0
0
1
0
1
1
0
0
0
1
1
0
1
0
1
1
1
1
1
0: Open contact
1: Gesloten contact
Voorbeeld
In afbeelding
68
ziet u hoe u de digitale ingangen kunt gebruiken
om zeven predefined setpoints in te stellen. Digitale ingang 2 is
open en digitale ingangen 3 en 4 zijn gesloten. Als u dit vergelijkt
met de bovenstaande tabel, ziet u dat "Predefined setpoint 6" is
geactiveerd.
Digitale ingang 4
Digitale ingang 3
Digitale ingang 2
Actueel setpoint
Afb. 68 Principeschets voor de werking van predefined set-
points
Als alle digitale ingangen open zijn, wordt de pomp uitgeschakeld
of werkt deze met het normale setpoint. Stel de gewenste actie in
met Grundfos GO of met het geavanceerde bedieningspaneel.
Fabrieksinstelling
Zie paragraaf
31.
Fabrieksinstellingen.
42
Predefined setpoints
●*
●*
FM 300*
(geavanceerd)
-
●
module.
Gewenste waarde
Normaal setpoint of stop
Predefined setpoint 1
Predefined setpoint 2
Predefined setpoint 3
Predefined setpoint 4
Predefined setpoint 5
Predefined setpoint 6
Predefined setpoint 7
Setpoint 7
Setpoint 6
7
6
5
Setpoint 5
4
Setpoint 4
3
Setpoint 3
2
Setpoint 2
1
Setpoint 1
0
Normaal
setpoint
Stop
14.19 Temperatuurbeïnvloeding
Pompuitvoering
TPE3, TPE3 D
TPE2, TPE2 D
Als deze functie is geactiveerd in de regelmodus op basis van
proportionele druk of constante druk, dan wordt het setpoint voor
de opvoerhoogte verlaagd naar gelang de vloeistoftemperatuur.
De temperatuurbeïnvloeding kan worden ingesteld om te werken
bij vloeistoftemperaturen lager dan 80 °C of 50 °C. Deze tempe-
ratuurlimieten worden T
genoemd. De gewenste waarde
max.
wordt verlaagd ten opzichte van de ingestelde opvoerhoogte
(= 100 %) volgens de onderstaande karakteristieken.
H
100 %
H
actual
30 %
20
50
80
T
actual
Afb. 69 Temperatuurbeïnvloeding
In bovenstaand voorbeeld is T
max.
ele vloeistoftemperatuur T
actueel
voor de opvoerhoogte verlaagd wordt van 100 % naar H
Voor temperatuurbeïnvloeding moet aan de volgende voorwaar-
den worden voldaan:
•
regelmodus op basis van proportionele druk of constante druk
•
pomp in de aanvoerleiding geïnstalleerd
•
systeem met temperatuurregeling via de aanvoerleiding.
Temperatuurbeïnvloeding is geschikt voor de volgende systemen:
•
Systemen met variabele debieten (bijvoorbeeld tweepijps ver-
warmingssystemen) waarbij de activering van de temperatuur-
beïnvloedingsfunctie zorgt voor een verdere verlaging van de
pompcapaciteit in perioden met een geringe warmtevraag en
daardoor een gereduceerde temperatuur in de aanvoerleiding.
•
Systemen met vrijwel constante debieten (bijvoorbeeld een-
pijps verwarmingssystemen en vloerverwarmingssystemen)
waarbij verschillen in warmtevraag niet kunnen worden geregi-
streerd als wijzigingen in de opvoerhoogte, zoals wel het geval
is bij tweepijps verwarmingssystemen. Bij zulke systemen kan
de pompcapaciteit alleen worden bijgesteld door de tempera-
tuurbeïnvloedingsfunctie te activeren.
Selectie van de maximale temperatuur
Bij systemen met een benodigde temperatuur van de aanvoerlei-
ding van:
•
tot en met 55 °C: selecteer T
•
boven 55 °C: selecteer T
max.
U kunt de functie voor temperatuurbeïnvloeding niet
N.B.
gebruiken bij airco- en koelsystemen.
Fabrieksinstelling
Zie paragraaf
31.
Fabrieksinstellingen.
Temperatuurbeïnvloeding
●
-
H
T [°C]
Q
= 80 °C geselecteerd. De actu-
zorgt ervoor dat het setpoint
.
actueel
= 50 °C
max.
= 80 °C.
Advertenties
Inhoudsopgave
