14.20 Limiet overschreden functie
Pompuitvoering
TPE3, TPE3 D
TPE2, TPE2 D
Met deze functie kan een gemeten parameter of een van de
interne waarden zoals toerental, motorbelasting of motorstroom
worden gecontroleerd. Als een ingestelde limiet wordt bereikt,
kan een geselecteerde actie plaatsvinden. U kunt twee functies
voor limietoverschrijding instellen. Dit betekent dat u twee para-
meters of twee limieten van dezelfde parameter gelijktijdig kunt
controleren.
De functie vereist instelling van het volgende:
Gemeten
Hier stelt u de te controleren gemeten parameter in.
Grenswaarde
Hier stelt u de limiet in die de functie activeert.
Hystereseband
Hier stelt u de hystereseband in.
Grenswaarde overschreden bij
Hier kunt u instellen of u de functie wilt activeren als de geselec-
teerde parameter de ingestelde grenswaarde overschrijdt of tot
onder de ingestelde grenswaarde daalt.
•
Boven grenswaarde
De functie wordt geactiveerd als de gemeten parameter de
ingestelde grenswaarde overschrijdt.
•
Onder grenswaarde
De functie wordt geactiveerd als de gemeten parameter tot
onder de ingestelde grenswaarde daalt.
Actie
Als de waarde een limiet overschrijdt, kunt u een actie definiëren.
U kunt de volgende acties selecteren:
•
Geen actie
De pomp handhaaft de huidige status. Gebruik deze instelling
als u alleen een relaisuitgang wilt als de grenswaarde wordt
bereikt. Zie paragraaf
14.13 Signaalrelais 1 en 2 (Relaisuit-
gangen).
•
Waarschuwing/alarm
Er is een waarschuwing.
•
Stop
De pomp schakelt uit.
•
Min.
De pomp verlaagt het toerental tot de minimale waarde.
•
Max.
De pomp verhoogt het toerental tot de maximale waarde.
Detectievertraging
U kunt een detectievertraging instellen die waarborgt dat de
gecontroleerde parameter boven of onder een ingestelde grens-
waarde blijft gedurende een ingestelde tijd voordat de functie
wordt geactiveerd.
Resetvertraging
De resetvertraging is het tijdstip waarna de gemeten parameter
afwijkt van de ingestelde grenswaarde, met inbegrip van de inge-
stelde hystereseband en totdat de functie wordt gereset.
Limiet overschreden functie
-
●
Voorbeeld
De functie is bedoeld voor het controleren van de persdruk van
een pomp. Als de druk lager dan 5 bar is gedurende meer dan 5
seconden, moet een waarschuwing worden afgegeven. Als de
persdruk gedurende langer dan 8 seconden boven 7 bar ligt,
moet u de waarschuwing resetten.
1
2
4
4
5
Afb. 70 Grenswaarde overschreden (voorbeeld)
Pos. Instellingsparameter
1
Gemeten
2
Grenswaarde
3
Hystereseband
4
Grenswaarde overschreden bij
5
Detectievertraging
6
Resetvertraging
Functie voor grenswaardeover-
A
schrijding actief
-
Actie
Fabrieksinstelling
Zie paragraaf
31.
Fabrieksinstellingen.
14.21 Instelling van pulsdebietmeter
Pompuitvoering
Instelling van pulsdebietmeter
TPE3, TPE3 D
TPE2, TPE2 D
Een externe pulsdebietmeter kan worden aangesloten op een
van de digitale ingangen om het actuele en geaccumuleerde
debiet te registreren. Op basis hiervan kan tevens de specifieke
3
energie [kWh/m
] worden berekend.
U kunt een pulsdebietmeter activeren door een van de functies
voor digitale ingangen in te stellen op "Totaal debiet" en het
gepompte volume per puls in te stellen. Zie paragraaf
14.11 Digitale
ingangen.
Fabrieksinstelling
Zie paragraaf
31.
Fabrieksinstellingen.
3
A
Tijd [s]
6
Instelling
Persdruk
5 bar
2 bar
Onder grenswaarde
5 seconden
8 seconden
-
Waarschuwing
-
●
43