9.6.2 Flow Monitor
Om de druksensor (indien geïnstaleerd) te laten fun-
geren als een doseerregelaar, moet de doseerbestu-
ring worden ingeschakeld, zie paragraaf 9.10 Flow
Monitor.
9.6.3 Geheugenfunctie
De geheugenfunctie wordt gebruikt voor het opslaan
van overtollige contactsignalen voor latere verwer-
king, zie paragraaf 9.2.7 Geheugenfunctie.
•
Schakel de geheugenfunctie in/uit met
"Omhoog" / "Omlaag".
•
Druk op de "Menu/Info" knop (bevestig de instel-
ling en ga naar het volgende menu-item), of
•
druk op de "Start/Stop" knop (bevestig de instel-
ling en sluit het tweede functieniveau).
9.6.4 Weging van stroom ingang/uitgang
In stroomingang/uitgang bedrijf, wordt de doseerca-
paciteit bestuurd via het stroomsignaal. De pomp
stuurt een stroomsignaal als terugkoppeling naar de
regelkamer of master/slave-applicaties.
Voor weging van de stroom ingang/uit-
gang, zie ook
N.B.
9.9 Stroomsignaalbesturing 0-20 mA /
4-20 mA.
9.6.5 Batch menu / batch modus
In de bachmodus, wordt een gedefinieerd batchhoe-
veelheid gedoseerd met een gedefinieerde doseer-
doorstroming. Zie paragraaf 9.11 Batch menu / batch
modus.
9.6.6 Timer menu / timer mode
In de timermodus, wordt een gedefinieerd batchhoe-
veelheid gedoseerd met een gedefinieerde doseer-
doorstroming en een gedefinieerde starttijd. Zie
paragraaf 9.12 Timer menu / timer mode.
9.6.7 PROFIBUS menu
Het "PROFIBUS" menu-item wordt uitsluitend weer-
gegeven bij pompen met PROFIBUS interface. De
PROFIBUS interface wordt geactiveerd/gedeacti-
veerd in dit menu en het busadres wordt opgegeven.
9.6.8 Langzame modus
Door activering van de langzame modus functie
wordt de zuigslag verlengd (vertraagd). Zo wordt bij-
voorbeeld cavitatie gereduceerd bij viskeuze media.
De langzame modus kan worden geactiveerd bij elke
bedrijfsmodus.
De maximale doorstroming van de
pomp neemt af. De tijd voor de zuigslag
N.B.
neemt toe. De maximale slagfrequentie
in de langzame modus is 120 1/min.
9.6.9 Display/restten van de totale
doseercapaciteit
De totale capaciteit die is gedoseerd sinds de
waarde voor het laatst is gereset wordt weergege-
ven.
De maximale waarde die kan worden
weergegeven is 9999 l. Wanneer deze
N.B.
waarde wordt overschreden, dan
begint het tellen weer bij nul.
Om de waarde te resetten,
1. op de "Omhoog" knop drukken.
– "dEL" verschijnt in het display.
2. Druk op de "Start/Stop" knop.
– De totale doseercapaciteit wordt verwijderd.
•
Druk op de "Menu/Info" knop (bevestig de instel-
ling en ga naar het volgende menu-item), of
•
druk op de "Start/Stop" knop (bevestig de instel-
ling en sluit het tweede functieniveau).
9.6.10 Weergave van het totale aantal
bedrijfsuren
De bedrijfsurenteller geeft het totale aantal bedrijfsu-
ren van de aandrijving aan, bijv. om de onderhouds-
intervallen te controleren. Het maximale aantal
bedrijfsuren dan kan worden weergegeven is
99.990 uur (display = 9999).
De bedrijfsurenteller kan niet worden gereset.
Vermenigvuldig het weergegeven getal
N.B.
met 10 om het totale aantal bedrijfsu-
ren te bepalen.
9.7 Serviceniveau
Open het serviceniveau
•
voor het wijzigen van de schakelaartoekenningen
van de besturingseenheid,
•
voor het instellen van het pomptype, of
•
voor het selecteren van de meeteenheid voor de
doseerdoorstroming (l/h of gal/h) die moet wor-
den weergegeven.
9.7.1 Wijzigen van de schakelaartoekenning
U wijzigt de standaardinstellingen van
uw besturingseenheid. Deze zullen
N.B.
daarom verschillen van de technische
gegevens.
Het serviceniveau is alleen toegankelijk wanneer de
voeding is ingeschakeld.
1. Druk tegelijkertijd op "Menu/Info" en "Omlaag"
knoppen en houd deze ingedrukt.
2. Schakel de voedingsspanning in.
– De LED knippert afwisselend rood en groen.
3. Laat de "Menu/Info" en "Omlaag" knoppen los.
4. Druk op de "Start/Stop" knop.
5. Druk op de "Omhoog" knop.
– De LED gaat geel branden.
– Er verschijnt "Func" op het display.
6. Druk op de "Menu/Info" knop.
– Het serviceniveau wordt geopend.
49