10-8
3. Zoek het gemiddelde
van de steekproef.
Zorg dat het
menutoetslabel
luidt.
Druk op
statistieken te zien die werden berekend op basis van
de steekproefgegevens in C1.
Merk op dat de titel
van de
statistiekenkolom H1 is.
Er zijn 5
datasetdefinities
beschikbaar voor
statistieken van één variabele: H1 – H5. Als u in C1
gegevens invoert, wordt H1 automatisch ingesteld om
C1 voor gegevens te gebruiken, en de frequentie van
elk gegevenspunt wordt op 1 ingesteld. Vanuit de
weergave Symbolische instellingen van de
Statistieken kunt u andere gegevenskolommen
selecteren.
4. Druk op
om het
statistische venster te
sluiten en druk op de
-toets om de
datasetdefinities te
zien.
De eerste kolom geeft de verwante gegevenskolom
voor elke datasetdefinitie aan. De tweede kolom
geeft de constante frequentie aan, of de kolom die de
frequenties bevat.
De toetsen die u vanuit dit venster kunt gebruiken,
zijn:
Toets
/
om de
Betekenis
Kopieert de kolomvariabele (of
variabele uitdrukking) voor
bewerking naar de
bewerkingsregel. Druk op
klaar bent.
als u
Statistisch aplet