Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

10
Sleutels, portieren en ruiten
Vergrendel of ontgrendel de auto met
de handzender of met de sleutel in het
slot van het bestuurdersportier.
Centrale vergrendeling 3 7.
Open de deur van buiten door aan de
handgreep te trekken en de deur naar
achteren te schuiven.
Open de deur van binnen door tegen
de handgreep te drukken en de deur
naar achteren te schuiven.
De volledig geopende zijschuifdeur is
vergrendeld. Bedien de handgreep
om de deur te ontgrendelen en naar
voren te schuiven.
9 Waarschuwing
Wees voorzichtig wanneer u de
zijschuifdeur bedient. Kans op
letsel.
Zorg ervoor dat er niets beklemd
raakt tijdens de bediening en dat
er niemand in de bewegingszone
staat.
Bij parkeren op een helling kunnen
geopende schuifdeuren door hun
eigen gewicht ongewild bewegen.
Vóór het wegrijden schuifdeuren
sluiten.
9 Gevaar
Niet met een geopende of op een
kier staande zijschuifdeur rijden,
bijv. bij het vervoer van omvang‐
rijke bagage, omdat er dan giftige,
onzichtbare en reukloze uitlaat‐
gassen de auto kunnen binnen‐
dringen. Hierdoor kunt u bewuste‐
loos raken en zelfs sterven.
Treeplank
9 Waarschuwing
Gebruik de treeplank voorzichtig,
met name bij nat en koud weer.
De treeplank werkt automatisch
wanneer de schuifdeur wordt
geopend of gesloten.

Achterdeuren

Vergrendel of ontgrendel de auto met
de handzender of met de sleutel in het
slot van het bestuurdersportier.
Centrale vergrendeling 3 7.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave