6
Installatie van leidingen
6.1
Leidingaansluiting
Voorzichtig! Bij de installatie van de leidingen moeten de toepasselijke plaatselijke regels en voorschriften
in acht worden genomen. De boiler moet worden voorzien van een goedgekeurde veiligheidsklep.
Voorzichtig! Er is sprake van bevriezingsgevaar in de leidingen naar de warmtepompeenheid als de
watercirculatie door de warmtepompeenheid stopt terwijl het buiten vriest. Normaal gesproken geeft de
ingebouwde flowsensor een alarm bij een lage flow (mits de warmtepomp stroom krijgt), bijvoorbeeld als
de radiatorpomp gestopt is. Bij een langere stop van de flow, bijvoorbeeld als de stroom uitvalt of als de
installatie in de stand OFF staat, bestaat er echter een duidelijk gevaar voor bevriezing. Door het
monteren van een afsluitkraan aan de binnenkant van de buitenmuur kan indien nodig het deel van het
systeem worden afgetapt dat naar de warmtepomp gaat. Een andere beveiliging tegen bevriezing is de
installatie van een tussenwisselaar binnenshuis. In het circuit naar de warmtepompeenheid wordt dan
glycol voor brinetoepassingen gebruikt plus een extra circulatiepomp (zie Systeemoplossing
tussenwisselaar). Een andere mogelijkheid is het verwarmingssysteem te vullen met antivriesvloeistof.
Voorzichtig! Om lekkage te voorkomen, mogen de aansluitleidingen bij het monteren niet gespannen
zijn!
Voorzichtig! Het is belangrijk dat het verwarmingssysteem na installatie goed wordt ontlucht. Waar nodig
moeten ontluchtingskleppen worden gemonteerd.
Voorzichtig! Bij verwarmingssystemen met gesloten expansievaten moet ook dat systeem zijn voorzien
van een goedgekeurde drukmeter en een veiligheidsklep.
Voorzichtig! Koud- en warmwaterleidingen en overstortleidingen vanuit veiligheidskleppen moeten
worden vervaardigd uit hittebestendig en roestvrij materiaal, bijvoorbeeld koper. De overstortleidingen
van de veiligheidskleppen moeten een niet-afsluitbare verbinding hebben met de afvoer. De aansluiting
daarop moet zichtbaar zijn en zich in een vorstvrije omgeving bevinden.
Voorzichtig! De verbindingsleiding tussen het expansievat en de veiligheidsklep moet onafgebroken
omhoog lopen. Met onafgebroken omhoog lopen wordt bedoeld dat de leiding nergens mag aflopen
onder een denkbeeldige horizontale lijn.
Let op! Zorg dat de leidingen worden geïnstalleerd volgens de maatschetsen en aansluitschema's.
6.2
Koud- en warmwaterleidingen aansluiten
Sluit indien nodig de koud- en warmwaterleidingen aan met alle noodzakelijke onderdelen (zie Systeemoplossin-
gen, Pagina 25).
6.3
Aanvoer- en retourleidingen van verwarmingssysteem aansluiten
Sluit de aanvoer- en retourleidingen van het verwarmingssysteem aan (zie Systeemoplossingen, Pagina 25).
30 – Installatiehandleiding VMGFD110