Pagina 2
Als deze instructie niet wordt gevolgd bij installatie en service, is de aansprakelijkheid van Danfoss A/S krachtens de geldende garantiebepalingen niet langer bindend. Danfoss A/S behoudt zich het recht voor om zonder voorafgaande mededeling wijzi- gingen aan te brengen in details en specificaties.
Blad met stickers als vertaling voor de bestaande productplaatjes in het Engels. De Servicehandleiding en de Elektrische voorschriften kunnen hier worden gedownload: www.documentation.heatpump.danfoss.com Symbolen in documenten De handleiding bevat verschillende waarschuwingssymbolen die samen met de tekst de lezer laten weten dat de uit te voeren handelingen gevaren met zich meebrengen.
Leidingaansluitingen Ontluchting Ontdooitank Expansievat met veiligheidsklep, brine Brine Veiligheidsklep voor temperatuur en druk Tapwater Buitengedeelte Boiler Verwarmingssysteem Terminologie Term Betekenis Verwarmingssysteem/Verwar- Het circuit dat warmte genereert voor het pand of voor de boiler. mingscircuit Aanvoerleiding De aanvoerleiding van het verwarmingssysteem met stroomrichting vanaf de warmte- pomp naar radiatoren/vloerverwarming of boiler.
Belangrijke informatie Algemene veiligheidsvoorschriften Waarschuwing! Gevaar voor persoonlijk letsel! Zorg ervoor dat er geen kinderen met het product spelen. Voorzichtig! De warmtepomp dient te worden geïnstalleerd door bevoegde installatietechnici en de installatie moet voldoen aan de van toepassing zijnde plaatselijke regels en voorschriften en aan deze installatiehandleiding.
Bijvullen mag alleen worden gedaan met nieuw koudemiddel (zie voor type koudemiddel en voorgeschreven hoe- veelheid het machineplaatje) via servicekleppen. Voorzichtig! Alle garanties van Danfoss A/S komen te vervallen als andere koudemiddelen worden gebruikt dan het door Danfoss gespecificeerde koudemiddel, tenzij schriftelijk is bevestigd dat het nieuwe koudemiddel in combinatie met andere ingrepen wordt goedgekeurd.
Waterkwaliteit Voorzichtig! Een normaal warmtesysteem bevat altijd een bepaalde hoeveelheid corrosieproducten (ijzeroxide) en calciumoxideresten. Dit is het gevolg van de zuurstof die van nature aanwezig is in het water waarmee het systeem wordt gevuld. Als principe moet worden aangehouden dat het warmtesysteem niet te vaak moet worden bijgevuld.
Lokaliseren van storing Alarm Een alarm wordt op het displayscherm aangegeven met de tekst ALARM en een alarmmelding, zie de volgende tabel. Alarmmeldingen die niet automatisch worden gereset, moeten worden bevestigd. Bevestig het alarm door de warmtepomp in de bedrijfsmodus OFF te zetten en vervolgens weer in de gewenste bedrijfsmodus. Melding Betekenis MOTORBEV.COMP.
Melding Betekenis COMM.FOUT EXV-KAART Communicatie verbroken tussen displaykaart en regelkaart expansieklep (bui- ten). COMM.FOUT UITB.KAART Communicatie verbroken tussen displaykaart en uitbreidingskaart (binnen). Let op! Bij een alarm zal de warmtepomp indien mogelijk warmte afgeven aan het huis, primair met de compressor en secundair met bijverwarming.
Hogedrukpressostaat Aanvoerleiding verwarmingssysteem Bedrijfspressostaat Retourleiding verwarmingssysteem Vierwegklep Magneetklep Drukleiding Terugslagklep Luchtwarmtewisselaar 3.2.2 Binneneenheid DHP-AQ Mini DHP-AQ Maxi DHP-AQ Midi Nummer Beschrijving Regeleenheid (doorzichtig in afbeelding) Elektrisch verwarmingselement Driewegklep Circulatiepomp Boiler Meetpunten Voorzichtig! Bij weerstandsmeting van de sensoren moeten eerst de sensorkabels worden losgemaakt van de regelapparatuur.
3.3.2 Plaatsing van sensoren Warmtepomp DHP-AQ Midi DHP-AQ Maxi Legenda DRUKLEIDINGSENSOR ZUIGGASSENSOR SENSOR KOUDEM.1 SENSOR KOUDEM.2 ONTDOOISENSOR (zit achter bij luchtinlaat) BUITENSENSOR (op muur op noorden) AANVOERLEID.SENSOR WW-PIEKSENSOR WARMWATERSENSOR RETOURLEID.SENSOR - Zit op de retourleiding naar de warmtepomp. Zie systeemoplossing in de Installatie- handleiding.
Controlepunten Tabel 4. Temperaturen Naam Waarden Condensatietemperatuur 0,5 - 1,5 °C boven aanvoertemperatuur Verdampingstemperatuur 7 - 8 °C Radiatorcircuit 8 K temperatuurverschil Oververhitting R407C 4K ±1 K Tabel 5. Schakeldruk pressostaat/druktransmitter Koudemiddel Pressostaat/druktransmitter Schakeldruk R407C OP (bedrijfspressostaat) 2,85 MPa Hogedrukpressostaat 3,10 MPa Druktransmitter lage druk 0,04 MPa...
Pagina 17
3.5.1 Alarm Tabel 6. Probleem – Alarm LP (druktransmitter lage druk) Oorzaak Lokaliseren van storing Actie 1. Kabelbreuk of loszittende kabel • Als een kabel los is, sluit u deze aan. Controleer of beide kabels zijn aange- naar druktransmitter lage druk. sloten op de druktransmitter lage Als u een kabelbreuk constateert, ver- druk.
Pagina 18
Oorzaak Lokaliseren van storing Actie 4. Circulatiepomp is defect of is vast- Is er spanning en een signaal van 0 – 10V Controleer in het handmatige testmenu gelopen. (geldt voor circulatiepompen klasse A) van het regelsysteem of de circulatie- naar de circulatiepomp? pomp actief is.
Pagina 19
Oorzaak Lokaliseren van storing Actie 11. Grote drukval in verwarmingssys- • Indien nodig verwarmingssysteem reini- Vuil in het verwarmingssysteem. teem. gen/uitspoelen. • Gesloten of gedeeltelijk gesloten Zet gesloten thermostaten/kleppen thermostaten/kleppen in het verwar- open. mingssysteem. • Capaciteit leidingsysteem te laag. Als de druk onvoldoende wordt opge- Controleer of de extern beschikbare voerd, kan het verwarmingssysteem...
Pagina 20
Tabel 8. Probleem – Alarm MS (motorbeveiliging) Oorzaak Lokaliseren van storing Actie 1. Fase-uitval of doorgeslagen zeke- Controleer de zekeringen in de zekerin- Als een van de fasen ontbreekt, contro- ring. genkast. Controleer of alle fasen aanwezig leert u achterwaarts in de richting van de zijn op de klemmenstrook voor ingaande hoofdelektriciteitskast van het gebouw.
Pagina 21
Tabel 10. Probleem - Onjuiste fasevolgorde Oorzaak Lokaliseren van storing Actie De volgorde van de ingaande fasen is • Als de volgorde van de fasen onjuist is, Als de tekst VERW.FOUT/DRUKFOUT onjuist (geldt alleen voor driefasen- verwisselt u de 2 ingaande fasen bij de wordt weergegeven, kan dat erop warmtepompen), treedt op na één hoofdklemmenstrook en controleert...
Pagina 22
Tabel 12. Probleem – Alarm circulatiepomp Oorzaak Lokaliseren van storing Actie Het ingebouwde alarm van de circula- • Ontlucht het verwarmingssysteem en de Lucht in het verwarmingssysteem. tiepomp is geactiveerd. (Geldt alleen TWS-spoel. • Circulatiepomp vastgelopen? voor Opti-modellen) Als de circulatiepomp is vastgelopen, is er een ingebouwde schudfunctie die max.
Pagina 23
8. Lekkage in soldeernaad van de boi- Kijk waar de lekkage zit. Bij een lekkage in een soldeernaad ver- ler. (geldt alleen voor DHP-AQ Maxi). vangt u de boiler. 9. Verbindingslekkage bij platen- • Als er sprake is van lekkage, vervangt u...
Pagina 24
3.5.3 Geluid Tabel 15. Probleem – Geluidsprobleem in radiatorsysteem Oorzaak Lokaliseren van storing Actie 1. Geen flexibele slangen aanwezig. Er moeten flexibele slangen zijn gemon- Monteer flexibele slangen volgens de teerd volgens de instructies. instructie. 2. Onjuist gemonteerde flexibele Er moeten flexibele slangen zijn gemon- Monteer flexibele slangen volgens de slangen.
Tabel 17. Probleem – Jankende, fluitende geluiden Oorzaak Lokaliseren van storing Actie 1. Vreemde geluiden uit de softstarter. Voer een controlemeting uit op de in- en Als de softstarter defect is, vervangt u uitgaande fasen van de softstarter en het deze.
Pagina 26
Oorzaak Lokaliseren van storing Actie 6. Groot tapdebiet (>12 l/min). Controleer hoeveel liter warm water (ca. Als het tapwaterdebiet boven de 12 l/ 40°C) per minuut er via de kraan wordt min ligt, kan de stratificatie in de boiler afgetapt. worden beïnvloed, waardoor de warm- Gebruik een klok en een emmer om het watercapaciteit verslechtert.
Pagina 27
3.5.5 Verwarmingscomfort Tabel 20. Probleem – Te koud Oorzaak Lokaliseren van storing Actie 1. De regelaar van de warmtepomp is Controleer de instellingen voor KAMER Pas onjuiste waarden in de regelaar van niet ingesteld/aangepast aan de behoef- en STOOKLIJN en MAX. de warmtepomp aan.
Pagina 28
Oorzaak Lokaliseren van storing Actie 7. Warmteproductie wordt stopgezet Als de aanvoertemperatuur zo snel stijgt • Probeer de hysteresewaarde te ver- door functie HYSTERESIS. dat de warmteproductie wordt onder- hogen tot de warmtepomp in broken door HYSTERESIS voordat INTE- plaats daarvan stopt bij INTEGRAAL. GRAAL bij 0 is, kan er een warmtetekort •...
Pagina 29
Oorzaak Lokaliseren van storing Actie 12. Capaciteit verwarmingssysteem te Controleer het aanwezige verwarmings- Als de capaciteit van het verwarmings- klein. systeem. systeem is afgestemd voor een hogere aanvoertemperatuur dan de warmte- Op de afgifte van welk vermogen is de pomp kan geven, moet deze worden capaciteit gericht bij welke aanvoertem- aangepast door bijv.
Pagina 30
Oorzaak Lokaliseren van storing Actie 3. Defecte motor driewegklep. Controleer de werking van de drieweg- Krijgt de motor in beide bedrijfsmodi klepmotor door handmatig proefdraaien. spanning volgens het bedradings- De motor moet, op basis van de Als de motor niet van stand verandert bij schema? bedrijfsmodus, de klep in de betref- handmatig proefdraaien, controleert u of...
Pagina 31
3.5.6 Overige Tabel 23. Probleem – Warmtepomp blijft maar doordraaien en is nooit klaar Oorzaak Lokaliseren van storing Actie 1. Lucht in het verwarmingssysteem. Luister of er lucht zit in warmtepomp en Ontlucht het verwarmingssysteem vol- het verwarmingssysteem. gens de Installatiehandleiding. 2.
Pagina 32
Oorzaak Lokaliseren van storing Actie 5. De warmtepomp is gestopt bij • Als de waarde voor MAX RETOUR niet is Controleer welke waarde is ingesteld HOOG RETOUR. aangepast aan het systeem volgens het voor MAX RETOUR in de regelaar van vak voor het lokaliseren van de storing, de warmtepomp.
Pagina 33
Tabel 25. Probleem – Bijverwarming in bedrijf, maar de compressor niet Oorzaak Lokaliseren van storing Actie 1. Modus BIJVERWARM. is geselec- Als deze bedrijfsmodus is geselecteerd, Als bedrijfsmodus BIJVERWARM. gese- teerd. kan alleen de bijverwarming worden lecteerd is en u deze niet meer wilt, gebruikt voor warmte- en warmwaterpro- schakelt u over op bijvoorbeeld AUTO.
Pagina 34
Oorzaak Lokaliseren van storing Actie 6. De compressor draait achterwaarts. • Als de volgorde van de fasen onjuist is, Als de tekst FOUT FASESEQ. wordt De volgorde van de ingaande fasen is verwisselt u de 2 ingaande fasen bij de weergegeven op de display wanneer onjuist (geldt alleen voor driefasen- hoofdklemmenstrook en controleert...
Pagina 35
Oorzaak Lokaliseren van storing Actie 6. De warmtepomp is gestopt bij • Als de waarde voor MAX RETOUR niet is Controleer welke waarde is ingesteld HOOG RETOUR. aangepast aan het systeem volgens het voor MAX RETOUR in de regelaar van vak voor het lokaliseren van de storing, de warmtepomp.
Pagina 36
Oorzaak Lokaliseren van storing Actie 10. Tekort aan koudemiddel, te kleine Controleer met manometerblok en ther- Als u vermoed dat er een lek zit in het hoeveelheid koudemiddel in het sys- mometer of de oververhitting van de koudemiddelcircuit moet het lek wor- teem.
Pagina 37
Tabel 28. Probleem – Korte bedrijfstijden ondanks warmtebehoefte Oorzaak Lokaliseren van storing Actie KAMER en/of STOOKLIJN te hoog Controleer of de warmtepomp lijkt te star- Stel indien nodig KAMER en STOOKLIJN ingesteld in combinatie met een ver- ten en de aanvoertemperatuur snel toene- af.
Pagina 38
Tabel 32. Probleem – IJsvorming onder en rondom het buitengedeelte. Oorzaak Lokaliseren van storing Actie Onvoldoende afvoer. Wordt er veel ijs gevormd onder en Ontwater de grond onder en rondom rondom het buitengedeelte omdat het het buitengedeelte of monteer een dooiwater niet weg kan lopen? afvoerleiding naar een put binnen of buiten.