Storingen en problemen oplossen
Noodgebruik ventilatoraandrijvingen
Sommige verdelers zijn van een smeernippel voorzien. Deze smeernippel dient om
het oplossen van fouten gemakkelijker te maken.
Alle smeerpunten van de onderverdeler kunnen met behulp van deze smeernippel
met vet worden verzorgd omdat in de uitlaat van de hoofdverdeler een terugslagven-
tiel voorhanden is.
Tussen de smeringspomp en de hoofdverdeler is geen terugslagventiel voorhanden.
De hoofdverdeler kunt u herkennen aan de geïntegreerde weergave van de cilinder-
pen. Als u tijdens het smeren van de smeernippel slechts een geringe weerstand aan
de hoofdverdeler voelt, kan het vet ongestoord in het vetvoorraadreservoir van de
centrale smeringspomp vloeien. In dit geval moet door een handmatige tussensme-
ring, de vleugel in de centrale smeringspomp ong. 120° worden gedraaid.
8.14
Noodgebruik ventilatoraandrijvingen
Om te controleren of het ventilatorwiel van het koelsysteem werkelijk draait op het
maximale toerental, kan de stekker (1) met de benaming "Y99" bij wijze van test voor-
zichtig van de hydraulische pomp worden getrokken. Daarna moet de ventilator op het
maximale toerental draaien.
Verbetert het koelvermogen door deze maatregel niet, mag de machine alleen onder
gereduceerde belasting worden gebruikt.
Gevaar voor schade aan de ventilatoraandrijving!
Voer de test met het verwijderen van "Y99" alleen uit wanneer de ventilator voorwaarts
draait. Het omkeren van een ongeregelde ventilator bij maximaal toerental veroor-
zaakt schade aan de ventilator of de ventilatoraandrijving.
444 / 496
1
OPGELET