1. Keuzeschakelaar (afdicht-
middel/lucht of alleen lucht)
2. Knop aan/uit
3. Manometer
4. Knop voor verlaging
bandenspanning
5. Bus met bandafdichtmiddel
6. Slang voor afdichtmiddel/
lucht (transparant)
7. Slang alleen voor lucht
(zwart)
8. Voedingsstekker
9. Ontgrendelingsknop bus
(onder slang voor afdicht-
middel/lucht)
Wanneer een band lek raakt,
voorkomt u verdere schade aan
band en wiel door langzaam naar
een vlakke ondergrond te rijden.
Schakel de alarmknipperlichten in.
Zie Waarschuwingsknipper-
lichten 0 153.
Zie Wanneer een band leegloopt
0 294 voor andere belangrijke veilig-
heidswaarschuwingen.
1. Haal de bandenreparatieset
met compressor uit de opberg-
ruimte. Zie Set met banden-
dichtmiddel en compressor
opbergen 0 303.
Verzorging van de auto
2. Haal de slang voor alleen lucht
(7) en de stekker (8) uit de
verpakking.
3. Zet de set op de grond.
Zorg dat het bandventiel zich
dicht bij de grond bevindt zodat
u de slang kunt aansluiten.
4. Verwijder de dop van het
ventiel van de lekke band door
deze linksom te draaien.
5. Bevestig de slang voor alleen
lucht (7) op het bandventiel
door de slang rechtsom te
draaien totdat hij stevig vastzit.
6. Sluit de stekker (8) aan op de
extra voedingsaansluiting in de
auto. Koppel alle accessoires
los van andere extra voedings-
aansluitingen. Zie Voedings-
aansluitingen 0 105.
Gebruik niet de aansteker als
de auto met een extra
voedingsaansluiting uitge-
voerd is.
Gebruik de aansteker als de
auto alleen met een aansteker
uitgevoerd is.
301