Inhoudsopgave
Advertenties
198
Rijden en bedienen
Parkeren
Waarschuwing
De auto niet op een licht ontvlam-
bare ondergrond parkeren. De
ondergrond kan door de hoge
temperatuur van het uitlaatgas-
systeem mogelijk vlam vatten.
Trek altijd de handrem aan. Zie
onder Handrem of onder Elektri-
sche parkeerrem.
Zet de motor uit.
Wanneer de auto vlak staat of op
een oplopende helling, moet u
voordat u het contact uitzet de
eerste versnelling (1) of de stand
P (Parkeren) inschakelen. Draai
op een oplopende helling boven-
dien de voorwielen weg van de
stoeprand.
Wanneer de auto vlak staat of op
een aflopende helling, moet u
voordat u het contact uitzet de
achteruitversnelling (R) of de
Waarschuwing
stand P (Parkeren) inschakelen.
Draai bovendien de voorwielen
naar de stoeprand toe.
Zet het contact uit. Stuurwiel
verdraaien totdat het stuurslot
vergrendelt. Draai de contact-
sleutel naar de stand OFF en
verwijder deze. Draai het stuur-
wiel totdat het stuurslot voelbaar
vergrendelt.
Bij auto's met automatische
versnellingsbak kan de sleutel
alleen worden verwijderd als de
schakelhendel in de stand P
(Parkeren) staat.
(Vervolg)
(Vervolg)
Parkeren boven
brandende objecten
Waarschuwing
Brandbare materialen kunnen in
aanraking komen met hete uitlaat-
onderdelen en vervolgens in
brand vliegen. Parkeer daarom
niet boven papier, bladeren,
droog gras of andere brandbare
materialen.
Actief brandstofmana-
®
gement
Met dit systeem kan de motor op
alle of op de helft van de cilinders
werken, afhankelijk van de rijom-
standigheden. Bij een handgescha-
kelde versnellingsbak is het
systeem alleen actief in de
Eco-modus. Bij een automatische
versnellingsbak is het systeem in
alle modi beschikbaar, maar in de
Eco-modus zal hij agressiever
reageren. Zie Regeling bestuurders-
modus 0 214.
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
