Opmerkingen over de installatie van een
kinderbeveiligingssysteem
WAARSCHUWING Risico op letsel
doordat het kussen van de stoel en
de rugleuning van de zitplaatsen op
de tweede rij niet goed vastzitten
Als het kussen van de stoel en de rug-
leuning van de zitplaatsen op de tweede
rij niet goed vastzitten, kunnen ze naar
voren klappen, bijvoorbeeld wanneer u
plotseling remt of een ongeluk krijgt.
● In dat geval wordt de inzittende van
het voertuig door het kussen van de
zitplaats of de rugleuning van de
tweede rij in de veiligheidsgordel ge-
duwd. Veiligheidsgordels bieden dan
niet de optimale bescherming en
kunnen extra letsel veroorzaken.
● Als de rugleuning van de zitplaats
naar voren wordt geklapt, kunnen de
voorwerpen of lading in de bagage-
ruimte naar voren glijden.
► Zorg er altijd voor dat het kussen
van de zitplaats en de rugleuning
van de tweede rij voor elke reis goed
vastzitten.
Bij het aanbrengen van een kinderbeveili-
gingssysteem moet u het volgende in acht
nemen:
● Let altijd op het juiste gebruik van de
zitplaatsen en ga na of ze geschikt zijn
voor de bevestiging van een
kinderbeveiligingssysteem.
● Neem altijd de installatie-instructies
van de fabrikant van het kinderbeveili-
gingssysteem in acht.
● Zorg ervoor dat de voeten van het kind
de voorstoel niet raken. Zet de voor-
stoel indien nodig iets naar voren.
● Wanneer u een kinderbeveiligingssys-
teem op de zitplaatsen van de tweede
rij installeert, moet u de zitplaatsen van
de tweede rij zo ver mogelijk naar ach-
teren plaatsen.
Wanneer u een ISOFIX-kinderbeveiligings-
systeem monteert, moet u ook het vol-
gende in acht nemen:
Veiligheid van de inzittenden
● Bij gebruik van een kinderbeveiligings-
systeem in de gewichtscategorie 0/0+
en het naar achteren gericht kinderbe-
veiligingssysteem in de gewichtscate-
gorie l op een tweede zitrij, moet u de
voorstoel zo verstellen dat deze het
kinderbeveiligingssysteem niet raakt.
● Verwijder zo nodig de hoofdsteun van
de desbetreffende stoel bij gebruik van
een naar voren gericht kinderbeveili-
gingssysteem in gewichtsklasse I. Bo-
vendien moet de rugleuning van het
kinderbeveiligingssysteem zich zo dicht
mogelijk bij de rugleuning van de stoel
bevinden.
Monteer na verwijdering van het kin-
derbeveiligingssysteem onmiddellijk de
hoofdsteun en stel deze correct af.
Verwijder de hoofdsteun niet wanneer u
een verhogingskussen voor peuters
gebruikt.
● Voor bepaalde kinderbeveiligingssyste-
men in de gewichtscategorieën II of III
kan de instelling van de maximumafme-
tingen beperkt zijn.
● Het kinderbeveiligingssysteem mag het
dak niet raken en/of in de verkeerde
richting worden aangebracht.
● Het kinderbeveiligingssysteem mag niet
onder druk komen te staan door de
hoofdsteun. Pas zo nodig de hoofdsteun
aan.
47