40
Veiligheid van de inzittenden
WAARSCHUWING Risico op letsel of
overlijden als de passagiersairbag is
uitgeschakeld
Als het indicatielampje PASSENGER AIR-
BAG OFF gaat branden, betekent dit dat
de passagiersairbag is uitgeschakeld en
deze bij een ongeval niet zal worden ge-
activeerd en niet de nodige bescher-
ming kan bieden.
Als de voorpassagier in dit geval te dicht
voorin zit, kan ernstig letsel of de dood
het gevolg zijn.
Als de voorste bijrijderstoel bezet is,
controleer dan:
● Dat de passagiersairbag wordt in- of
uitgeschakeld naargelang het type
passagier op de bijrijderstoel voorin.
● Dat de bijrijderstoel voorin altijd zo
ver mogelijk naar achteren is gezet.
● Dat de passagier goed zit.
► Controleer zowel voor als tijdens de
rit of de status van de airbag van de
passagier voorin correct is.
WAARSCHUWING Risico op letsel of
dodelijk letsel als de airbag van de
passagier voorin is ingeschakeld
Het kind op de bijrijderstoel voorin kan
bij een ongeval door de airbag worden
geraakt als de airbag voor de passagier
voorin is ingeschakeld.
► Gebruik nooit een naar achteren ge-
richt kinderbeveiligingssysteem op
een stoel die wordt beschermd door
een actieve airbag ervoor, het kind
kan komen te overlijden of ernstig
gewond geraken.
In- en uitschakelen passagiersairbag
De auto is uitgerust met een passagiers-
airbagschakelaar om de passagiersairbag
uit te schakelen.
De schakelaar voor de airbag van de pas-
sagier voorin bevindt zich aan de passa-
gierskant van het dashboard en is
toegankelijk wanneer het passagierspor-
tier voorin wordt geopend.
Controleer of de schakelaar in de gewenste
stand staat.
Om de passagiersairbag in te schakelen:
trek aan de schakelaar
van de pijl en draai de schakelaar tegen de
klok in
om de passagiersairbag in te
schakelen.
Om de passagiersairbag uit te schakelen:
trek aan de schakelaar
van de pijl en draai de schakelaar rechts-
om
om de passagiersairbag uit te
schakelen.
Veilig reizen met kinderen in de auto
Opmerkingen over het reizen met
kinderen in het voertuig
Neem de voor de situatie relevante veilig-
heidsaanwijzingen in acht. U moet mogelij-
ke risico's onderkennen en gevaren
vermijden wanneer kinderen in het voer-
tuig reizen
(→ Pagina
Wees voorzichtig
Denk eraan dat nalatigheid bij het vastzet-
ten van een kind in een kinderbeveiligings-
systeem ernstige gevolgen kan hebben.
Wees altijd voorzichtig en beveilig een kind
zorgvuldig voor elke reis.
Om de bescherming van kinderen jonger
dan 12 jaar en kleiner dan 1,35 meter te
verbeteren, raadt smart u aan het vol-
gende in acht te nemen:
● Bevestig het kind altijd in een kinderbe-
veiligingssysteem dat geschikt is voor
uw voertuig.
in de richting
in de richting
41).