38
Veiligheid van de inzittenden
de bijrijderstoel voorin zo veel mogelijk
naar achteren te schuiven, indien nodig.
Voordat u verdergaat met de bediening,
moet u de relevante aanwijzingen voor
de juiste positie van de bestuurders-
stoel in acht nemen
● Houd het stuurwiel op correcte wijze
vast om er zeker van te zijn dat de air-
bags volledig worden geactiveerd.
● Zorg ervoor dat u tijdens het rijden te-
gen de rugleuning van de zitplaats
steunt. Leun niet voorover. Leun niet
tegen de deur of het raam. Anders be-
vindt u zich mogelijk in het gebied waar
de airbag wordt opgeblazen.
● Houd uw voeten op de grond. Leg nooit
uw voeten op het dashboard. Anders
kunnen uw voeten in het gebied van de
airbag terechtkomen.
● Als er kinderen in het voertuig meerei-
zen, dient u de aanwijzingen voor het
reizen met kinderen in acht te nemen
(→ Pagina
40).
● Berg voorwerpen altijd goed op en zet
ze goed vast. Neem altijd de aanwijzin-
gen voor het laden van het voertuig in
acht
(→ Pagina
Objecten kunnen de normale werking van
de airbags belemmeren, elke inzittende
van het voertuig moet het volgende in
acht nemen:
● Er mogen zich geen personen, dieren of
voorwerpen tussen de inzittende en de
airbag bevinden.
● Er mogen zich geen voorwerpen tussen
de stoel, de deur en de deurstijl (B-stijl)
bevinden.
● Er zitten geen harde voorwerpen, zoals
kleerhangers, aan de handgreep of de
kapstok.
● Er bevinden zich geen mobiele naviga-
tieapparatuur, mobiele telefoons, be-
kerhouders enz. in het gebied van het
voertuig waar de airbag wordt opgebla-
zen (bijv. cabine, deur, raam of
zijbekleding).
Bevestig nooit verbindingskabels en
sjorriemen in of aan het gebied waar de
airbag wordt opgeblazen.
(→ Pagina
67).
74).
● Inzittenden mogen geen zware, scherpe
of breekbare voorwerpen in hun zakken
meedragen. Plaats deze voorwerpen op
de juiste plaats.
WAARSCHUWING Risico op letsel
door wijziging van airbagdeksels
Als airbagdeksels worden gewijzigd of
beplakt met etiketten en andere voor-
werpen, kunnen de airbags mogelijk niet
meer normaal functioneren.
► Breng nooit wijzigingen aan in de
airbagdeksels en plak er geen voor-
werpen op.
WAARSCHUWING Risico op letsel of
overlijden veroorzaakt door
stoelhoezen
Stoelhoezen kunnen het ontplooien van
de airbags belemmeren of verhinderen,
waardoor de airbags de inzittenden niet
de beoogde bescherming kunnen
bieden.
► Gebruik geen stoelhoezen op de
stoelen vooraan.
WAARSCHUWING Risico op letsel
door defecte deurdruksensor
De deuren hebben deurdruksensoren
om de airbags te bedienen. Wijziging of
verkeerde bediening van deuren, deur-
sierstrips en beschadigde deuren kan
de werking van de sensor nadelig beïn-
vloeden. Als gevolg daarvan kunnen de
airbags mogelijk niet normaal functione-
ren en de inzittenden niet de beoogde
bescherming bieden.
► Voeg zelf geen deuren of deuronder-
delen toe of wijzig deze niet.
► Neem contact op met een door smart
geautoriseerde servicepartner voor
de betreffende werkzaamheden.