• Laat de motor in een afgesloten
ruimte (bijvoorbeeld een garage)
niet langer draaien dan nodig is om
de auto naar binnen of naar buiten
te rijden.
• Stel het ventilatiesysteem zo af dat
er verse buitenlucht naar het
interieur gevoerd wordt als de auto
in een open ruimte stilstaat terwijl
de motor wat langer moet blijven
draaien.
• Blijf nooit met draaiende motor
gedurende langere tijd in een
stilstaande auto zitten.
• Als de motor afslaat of niet
wil
aanslaan
en
startpogingen
ondernomen
worden,
kan
emissieregelsysteem beschadigd
raken.
Voorzorgsmaatregelen
katalysator
(indien van toepassing)
WAARSCHUWING
•
Een heet uitlaatsysteem kan
brandbare materialen in brand
doen vliegen. Vermijd contact
tussen de auto en brandbare
materialen
planten, papier, bladeren, enz.
door niet in de nabijheid
daarvan te parkeren of te
rijden, of de motor stationair
te laten draaien.
er
teveel
•
Het uitlaatsysteem en de
katalysator zijn zeer heet
het
wanneer de motor draait en
direct nadat de motor is
uitgezet.
afstand van het uitlaatsysteem
en de katalysator, anders kunt
u brandwonden oplopen.
zoals
gras,
Blijf
op
veilige
(Vervolg)
(Vervolg)
Verwijder het hitteschild van
het uitlaatsysteem niet, maak
de onderkant van de auto niet
dicht en breng geen coating
aan om corrosie tegen te
gaan.
Onder
bepaalde
omstandigheden
kan
brandgevaar ontstaan.
er
7
7-79