88
3
Indien ingesteld op de stand a,
druk dan op de knop mc (1),
en draai vervolgens aan de e-knop
(2) om de diafragmawaarde
te wijzigen.
De belichtingscorrectiewaarde kan met
deze handeling aangepast worden
in de stand e/b/c. (p.90)
• De juiste belichting wordt met de geselecteerde sluitersnelheid
en diafragmawaarde wellicht niet verkregen als de gevoeligheid
niet ingesteld is op de vaste waarde (p.85).
4
• In de stand a wordt de afwijking van de juiste belichting weergegeven
in een staafgrafiek, terwijl de sluitersnelheid of diafragmawaarde aangepast
worden. De belichtingswaarde wordt in rood getoond wanneer het verschil
met de juiste belichting ±3.0 LW of meer wordt.
• U kunt de functie van de knop d/i instellen voor wanneer
de belichtingsstand is ingesteld op a. Stel dit in bij [Knop Snelinstelling]
in het menu [A Opnamemodus 3]. (p.162)
• Gevoeligheidswaarden die hoger zijn dan ISO 1600 zijn niet beschikbaar
indien de sluitersnelheid ingesteld is op 2 sec. of langzamer in de stand
b/a.
2
1