Instellingen sportmodus
U kunt de functies kiezen die in de
sportmodus worden geactiveerd
3 158.
■ Sportieve vering: Demping wordt
stugger.
■ Sportieve prestaties aandrijflijn:
Gasaanname en schakelkarakte‐
ristieken worden sneller.
■ Sportieve besturing: De stuurbe‐
krachtiging werkt minder goed.
■ Sportieve vierwielaandrijving: Gro‐
ter deel van het motorkoppel gaat
naar de achteras.
■ Andere kleur verlichting
hoofdinstr.: Instrumentenverlich‐
ting verandert van kleur.
Talen (Languages)
Selectie van de gewenste taal.
Tijd en datum
Zie klok 3 85.
Radio-instellingen
Zie handleiding bij het infotainment-
systeem.
Instrumenten en bedieningsorganen
Telefooninstellingen
Zie handleiding bij het infotainment-
systeem.
Auto-instellingen
■ Klimaat en luchtkwaliteit
Autom. ventilatorsnelheid: Veran‐
dert het niveau van het luchtdebiet
van de klimaatregeling in het interi‐
eur in automatische modus.
Temperatuurzone bij starten: Wis‐
selt tussen temperatuurinstelling
met één of twee zones.
Klimaatregelingsmodus: Activeert
of deactiveert de koeling of selec‐
teert de voorgaande instellingen.
Automatische ontwaseming: On‐
dersteunt het ontvochtigen van de
voorruit door het automatisch se‐
lecteren van de vereiste instellin‐
gen en de automatische aircomo‐
dus.
Autom. achterruitverwarming: Acti‐
veert de verwarmde achterruit au‐
tomatisch.
■ Comfortinstellingen
Volume geluidssignaal: Verandert
het volume van geluidssignalen.
115