VERKEERSSTRATEGIEËN
1. Voertuig links in het rijvak
Omdat dit voertuig breder is dan
een motorfiets is hij binnen een rij-
vak minder beweeglijk. Als u in het
linker- of rechterdeel van een rijvak
rijdt, zorg er dan voor dat de voor-
wielen in het rijvak blijven.
Kies op wegen met meerdere rijvak-
ken het rijvak dat het meest aan
uw snelheid in de verkeersstroom
is aangepast. Houd ook rekening
met uw eigen zicht en zichtbaar-
heid en mogelijke trajecten voor
uitwijkmanoeuvres
uitwijken naar andere rijvakken of
naar de pechstrook).
Normale rijsituaties
Kruispunten
Kruispunten, ook kleinere kruispun-
ten met steegjes en oprijlanen,
vormen een extra risico voor over-
stekend verkeer. Let altijd op het
verkeer rondom u: achter, voor,
links en rechts van u.
Als u op een kruispunt stopt, stop
dan in het midden van het rijvak,
zelfs als u van plan bent te draaien.
Daardoor wordt uw beter zichtbaar
en ontmoedigt u andere automobi-
listen om te trachten rond u te rij-
den. Let op voor voertuigen die van
achter komen. Flits met uw stop-
70
(bijvoorbeeld
lichten als ze dichterbij komen.
Wees voorbereid om indien nodig
uit te kunnen wijken om een aanrij-
ding te vermijden.
Van rijvak wisselen en inhalen
Denk eraan dat dit voertuig breder
is dan een motorfiets en meer zij-
ruimte nodig heeft om andere
voertuigen in te halen. Denk er ook
aan dat het voertuig minder goed
zichtbaar is dan een auto, zodat het
des te belangrijker is om vooraf
goed aan te geven dat u van rijvak
wilt verwisselen en dat u goed kijkt
in de spiegels en de dode hoeken
nakijkt. Uw richtingaanwijzer zeker
niet vergeten uit te zetten na een
verandering van rijvak. Bij een ver-
andering van rijvak wordt het stuur
onvoldoende ver omgedraaid om
de richtingaanwijzers automatisch
uit te schakelen.
Rijd nooit op de lijn tussen twee
rijvakken in (gesplitste rijvakken).
Het voertuig is te breed.
Haal nooit in op de zij- of pech-
strook. Als één wiel van het weg-
dek raakt, kunt u de controle over
het stuur verliezen.
Draaien
Vergeet niet eerst te vertragen en
te kijken en pas dan de bocht te
nemen.