ONDERHOUDSPROCEDURES
3.3
Verwijder de peilstok
weer en lees het olie-
peil af. Het peil moet
tussen de MIN- en
MAX-markeringen
staan.
TYPISCH
1.
MIN
2.
MAX.
3.
Gebruiksbereik
Oliepeil tussen merktekens MIN
en MAX
1.
Breng de peilstok weer aan
en draai deze goed vast.
2.
Wis gemorste olie weg.
3.
Sluit het rechter onderhouds-
deksel.
OPMERKING
Een motoroliepeil
boven het merkteken MAX kan
leiden tot ernstige schade aan de
motor.
Oliepeil onder merkteken MIN
1.
Plaats een vultrechter in de
vulpijp en voeg 400 ml olie
van het aanbevolen type toe.
OPMERKING: De hoeveelheid olie
tussen de MIN- en MAX-markerin-
gen is 400 ml.
2.
Start de motor om deze op de
normale bedrijfstemperatuur
te brengen en laat hem
minstens 60 seconden
stationair draaien.
OPMERKING
Het aanpassen van
het oliepeil bij een motor die niet
de bedrijfstemperatuur heeft, re-
sulteert in overvullen.
3.
Zet de motor uit en voer on-
middellijk de volgende stap-
pen uit.
108
OPMERKING
peil moet binnen 10 secon-
den na het stoppen van de
motor worden gecontro-
leerd.
3.1
Schroef de peilstok los,
verwijder hem en wrijf
hem schoon.
3.2
Plaats de peilstok in de
vulbuis en zet deze
vast.
3.3
Verwijder de peilstok
weer en lees het olie-
peil af. Het peil moet
tussen de MIN- en
MAX-markeringen
staan.
4.
Herhaal de bovenstaande
stappen tot het oliepeil tussen
de merktekens MIN en MAX
ligt.
OPMERKING
Nooit te veel bijvul-
len.
5.
Breng de peilstok weer aan
en draai deze goed vast.
6.
Wis gemorste olie weg.
7.
Sluit het rechter onderhouds-
deksel.
De motorolie en het oliefilter
vervangen
LET OP De motorolie kan erg
heet zijn. Wacht tot de motorolie
warm is.
OPMERKING
het oliefilter moeten op hetzelfde
ogenblik worden vervangen.
1.
Laat de motor op zijn normale
bedrijfstemperatuur komen
(90 °C bij het oppervlak van
de olietank).
OPMERKING: De motor is op de
normale bedrijfstemperatuur wan-
neer de temperatuurindicator op
de rechter laterale display 5 staven
aangeeft.
Het motorolie-
De motorolie en