PRIMAIRE BESTURINGSELEMENTEN
WAARSCHUWING
Gebruik de PARKEER-stand (P)
altijd wanneer het voertuig niet
in gebruik is. Het voertuig kan
verder rijden als de parkeerhen-
del niet ingeschakeld is.
OPMERKING
Trek nooit aan de
parkeerhendel om het voertuig
te stoppen. Het voertuig moet
stilstaan voordat de parkeerhen-
del wordt ingeschakeld.
Wanneer de hendel naar de grond
wijst, is de parkeerstand (P) uitge-
schakeld.
1. Parkeerhendel in ontgrendelde stand
(uitgeschakeld)
Trek de hendel volledig omhoog
voor het inschakelen en vergrende-
len van de parkeerstand (P).
Schommel het voertuig naar voor
en naar achter om te bevestigen
dat de parkeerstandhendel volledig
ingeschakeld is.
1. Parkeerhendel in vergrendelde stand
(ingeschakeld)
16
Er wordt een P op de display van
de versnelling weergegeven wan-
neer de parkeerstandhendel volle-
dig ingeschakeld is.
Vergrendeling
parkeerstandhendel
Buiten Noord-Amerika
De parkeerstandhendel kan worden
vergrendeld
wanneer
keerstand (P) ingeschakeld is.
Draai de sleutel rechtsom om de
parkeerstandhendel te vergrende-
len.
Draai de sleutel linksom om de
parkeerstandhendel te ontgrende-
len.
de
par-