4
Tastcycli: Scheve ligging van het werkstuk automatisch registreren | BASISROTATIE via twee tappen (cyclus
402, DIN/ISO: G402)
Q307 Vooraf ingestelde rotatiehoek (absoluut):
wanneer de te meten scheve ligging niet aan de
hoofdas, maar aan een willekeurige rechte moet
worden gerelateerd, moet de hoek van de rechte
referentielijn worden ingevoerd. De besturing
bepaalt dan voor de basisrotatie het verschil aan
de hand van de gemeten waarde en de hoek van
de rechte referentielijn.
Invoerbereik -360,000 t/m 360,000
Q305 Nummer in tabel? Voer het nummer van
een regel van de referentiepunttabel in. In deze
regel voert de besturing het desbetreffende item
in:
Q305 = 0: de rotatie-as wordt in regel 0 van de
referentiepunttabel op nul ingesteld. Daardoor
wordt een item ingevoerd in de OFFSET-kolom.
(Voorbeeld: bij gereedschapsas Z wordt een
item ingevoerd in C_OFFS). Bovendien worden
alle andere waarden (X, Y, Z enz.) van het op dit
moment actieve referentiepunt in regel 0 van
de referentiepunttabel overgenomen. Daarnaast
wordt het referentiepunt uit regel 0 geactiveerd.
Q305 > 0: de rotatie-as wordt in de hier
opgegeven regel van de referentiepunttabel
op nul ingesteld. Daardoor wordt een item
ingevoerd in de desbetreffende OFFSET-
kolom in de referentiepunttabel. (Voorbeeld: bij
gereedschapsas Z wordt een item ingevoerd in
C_OFFS).
Q305
is afhankelijk van de volgende
parameters:
Q337 = 0 en gelijktijdig Q402 = 0: Er wordt een
basisrotatie ingesteld in de regel die met Q305
is opgegeven. (Voorbeeld: bij gereedschapsas Z
wordt een item ingevoerd in de basisrotatie in
kolom SPC)
Q337 = 0 en gelijktijdig Q402 = 1: parameter
Q305 is niet actief
Q337 = 1 parameter Q305 werkt zoals hierboven
beschreven
Invoerbereik 0 t/m 99 999
92
HEIDENHAIN | TNC 640 | Meetcycli voor werkstuk en gereedschap programmeren | 01/2021