6
Tastcycli: Werkstukken automatisch controleren | METEN BORING (cyclus 421, DIN/ISO: G421)
Q301 Verpl. veiligheidshoogte (0/1)?: vastleggen
hoe het tastsysteem zich tussen de meetpunten
moet verplaatsen:
0: tussen meetpunten naar diepte-instelling
verplaatsen
1: tussen meetpunten naar veilige hoogte
verplaatsen
Q275 Maximale maat boring?: maximaal
toegestane diameter van de boring (rondkamer).
Invoerbereik 0 t/m 99999,9999
Q276 Minimale maat boring?: minimaal
toegestane diameter van de boring (rondkamer).
Invoerbereik 0 t/m 99999,9999
Q279 Tolerantie midden 1e as ?: toegestane
positie-afwijking in de hoofdas van het
bewerkingsvlak.
Invoerbereik 0 t/m 99999,9999
Q280 Tolerantie midden 2e as?: toegestane
positie-afwijking in de nevenas van het
bewerkingsvlak.
Invoerbereik 0 t/m 99999,9999
Q281 Meetprotocol (0/1/2)?: vastleggen of de
besturing een meetprotocol moet maken:
0: geen meetprotocol maken
1: meetprotocol maken: de besturing slaat het
protocolbestand TCHPR421.TXT
de directory op waarin ook het bijbehorende NC-
programma staat.
2: programma-afloop onderbreken en
meetprotocol op het besturingsbeeldscherm
weergeven. NC-programma met NC-start
voortzetten
Q309 PGM-stop bij tolerantieoverschr.:
vastleggen of de besturing bij tolerantie-
overschrijdingen de programma-afloop moet
onderbreken en een foutmelding moet geven:
0: programma-afloop niet onderbreken, geen
foutmelding geven
1: programma-afloop onderbreken, foutmelding
geven
182
standaard in
HEIDENHAIN | TNC 640 | Meetcycli voor werkstuk en gereedschap programmeren | 01/2021
Q276=74,95;MINIMALE MAAT
Q279=0,1
;TOLERANTIE 1E MIDD.
Q280=0,1
;TOLERANTIE 2E MIDD.
Q281=1
;MEETPROTOCOL
Q309=0
;PGM-STOP BIJ FOUT
Q330=0
;GEREEDSCHAP
Q423=4
;AANTAL KEREN TASTEN
Q365=1
;TYPE VERPLAATSING
Q498=0
;GEREEDSCHAP
OMKEREN
Q531=0
;INSTELHOEK