Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Veiligheid Bij Bepaalde Activiteiten; Controleren Op Transportschade; Veiligheidsaanwijzingen Voor Installatie En Onderhoud; Gevaren - Nord Drivesystems SK 5207 Handleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

1.7 Veiligheid bij bepaalde activiteiten

1.7.1

Controleren op transportschade

Transportschades kunnen storingen van de reductor en hieruit resulterende lichamelijke letsels tot
gevolg hebben. Mensen kunnen uitglijden over olie die uit een reductor met transportschade
weggelopen is.
Controleer de verpakking en reductor op transportschades.
Neem een beschadigde reductor niet in gebruik.
1.7.2

Veiligheidsaanwijzingen voor installatie en onderhoud

Scheid vóór alle werkzaamheden aan de reductor de aandrijving van de energievoorziening en
beveilig deze tegen een ongewenste herinschakeling. Laat de reductor afkoelen. Maak de leidingen
van het koelcircuit drukloos.
Defecte of beschadigde onderdelen, aanbouwadapters, flenzen en afdekkappen kunnen scherpe
randen hebben. Draag daarom werkhandschoenen en werkkleding.

1.8 Gevaren

1.8.1

Gevaren bij het hijsen

Bij een val van de reductor of bij slingerbewegingen kunnen personen ernstig gewond raken. Neem
daarom de onderstaande aanwijzingen in acht.
Baken de gevaarlijke zone in ruime mate af. Zorg voor voldoende ruimte om te kunnen uitwijken,
wanneer de last gaat slingeren.
Ga nooit onder een gehesen last staan.
Gebruik ruimbemeten en voor de gebruikssituatie geschikte transportmiddelen. Het gewicht van de
reductor staat op de typeplaat.
Reductoren mogen alleen met schakels en stroppen of kettingen onder een hoek van 90° tot 70°
t.o.v. de loodlijn worden getransporteerd. Als er een motor aan de reductor is gemonteerd, mag u
de oogbouten aan de motor niet gebruiken voor het hijsen. De oogbouten zijn niet ontworpen voor
het hijsen van de motor met zware aanbouwcomponenten. Neem paragraaf 3.1 "Transport van de
motorreductor"in acht.
1.8.2

Gevaren door roterende delen

Bij roterende delen bestaat een gevaar op intrekken. Dit kan ernstige verwondingen veroorzaken door
bijv. beknellingen of verwurging.
Zorg voor een bescherming tegen gevaarlijk contact. Naast de assen betreft dit ook ventilatoren en
aandrijf- en uitgangselementen zoals riemaandrijvingen, kettingaandrijvingen, krimpschijven en
koppelingen. Houd bij het concept van scheidende veiligheidsinrichtingen rekening met een
eventuele naloop van de machine.
Gebruik de aandrijvingen niet zonder afdekkingen of afdekkappen.
Beveilig de aandrijving vóór montage- en onderhoudswerkzaamheden tegen inschakelen.
Schakel de aandrijving niet in de testmodus in zonder dat het uitgangselement is geïnstalleerd, en
borg de spie.
Neem ook de veiligheidsinstructies in de bedienings- en montagehandleiding van de fabrikant van
de meegeleverde componenten in acht.
B 2050 nl-3921
1 Veiligheidsinstructies
17

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave