13
Beelden opslaan en ermee
werken
13.1 Over beeldbestanden
13.1.1 Algemeen
Wanneer u een afbeelding opslaat, slaat de camera een afbeeldingsbestand op dat alle
thermische en visuele informatie bevat. Dit betekent dat u een afbeeldingsbestand op
een later moment kunt openen om bijvoorbeeld een andere beeldmodus te selecteren,
kleuralarmen toe te passen en meethulpmiddelen toe te voegen.
Het *.jpg-beeldbestand ondersteunt volledige radiometrie en wordt verliesloos opgesla-
gen, waardoor een volledige nabewerking mogelijk is in beeldanalyse- en opnamesoft-
ware van FLIR Systems. Er is tevens een normaal *.jpg-gedeelte (met verlies) voor
eenvoudige weergave in software die niet van FLIR Systems is (bijv. Verkenner van
Microsoft).
Opm.
• De camera kan ook worden ingesteld om een extra visueel beeld met lage resolutie
op te slaan als afzonderlijk bestand. Dit kan handig zijn als u geen nabewerkingssoft-
ware gebruikt. Selecteer
als afzonderlijke JPEG = Aan.
• Wanneer de afbeeldingsmodus Digitale camera is geselecteerd, wordt een digitale af-
beelding met een hoge resolutie opgeslagen wanneer er een afbeelding wordt opge-
slagen. Er wordt echter geen thermische informatie opgeslagen. Raadpleeg
paragraaf 16 Werken met beeldmodi., pagina 61 voor meer informatie.
13.1.2 Naamconventie voor bestanden
De standaard naamconventie voor beeldbestanden is FLIRxxxx.jpg, waarbij xxxx een
unieke teller is.
Het is ook mogelijk om afbeeldingen op te slaan met een datumvoorvoegsel toegevoegd
aan de bestandsnaam. Deze bestanden kunnen niet automatisch worden gedetecteerd
door toepassingen van derden. Zie voor meer informatie de instelling Bestandsnaamin-
deling in paragraaf 26.1.3 Opties voor opslaan en geheugen, pagina 95.
13.1.3 Opslagcapaciteit
Als u een beeld opslaat, slaat de camera het afbeeldingsbestand op de geheugenkaart
op.
De grootte van een beeldbestand (zonder commentaar) is over het algemeen minder
dan 1000 kB. Op een geheugenkaart van 8 GB passen dus circa 8000 beelden.
Opm. Gebruik geen geheugenkaart die eerder is gebruikt in een ander type camera.
De camera's organiseren bestanden mogelijk anders op de geheugenkaart, waardoor
gegevens verloren kunnen gaan als dezelfde geheugenkaart wordt gebruikt in verschil-
lende typen camera.
13.1.4 Over UltraMax
UltraMax
2
is een beeldverbeteringsfunctie die de beeldresolutie verhoogt en beeldruis
vermindert, waardoor kleine objecten beter zichtbaar en meetbaar zijn. Een UltraMax-
beeld is twee keer zo breed en hoog als een normaal beeld.
Als een UltraMax beeld wordt vastgelegd door de camera, worden diverse normale beel-
den opgeslagen in hetzelfde bestand. Het vastleggen van alle beelden kan tot 1 seconde
duren. Om UltraMax optimaal te benutten, moeten de beelden iets van elkaar verschillen.
Dit kan worden bereikt door een kleine beweging van de camera. Houd de camera stevig
vast met uw handen (plaats hem niet op een statief), zodat de beelden tijdens de
2. Niet ondersteund bij gebruik van macro.
#T810253; r. AB/43583/43592; nl-NL
(Instellingen) > Opties voor opslaan en geheugen > Foto
43