KINDERVEILIGHEID: uitschakelen, inschakelen van de passagiersairbag voorin (3/3)
1
Inschakelen van de
passagiersairbags voorin
Zodra het kinderzitje van de passagiersstoel
verwijderd is, moet u de airbags weer in-
schakelen om de voorpassagier bij een bot-
sing te beschermen.
Om de airbags weer in te schakelen:
steek bij stilstaande auto de ingebouwde
sleutel in de grendel 1, duw hem in en draai
hem daarna in de stand ON.
Controleer met het contact aan altijd of het
lampje op het instrumentenpaneel 2 of op
het centrale display uit is.
De aanvullende veiligheidsvoorzieningen
van de autogordel van de voorpassagier zijn
ingeschakeld.
1.38
2
Storingen
Bij een storing knippert het controlelampje
å
en het controlelampje
op het instrumentenpaneel op met de bood-
schap "airbag controleren".
Raadpleeg zo spoedig mogelijk uw merk-
dealer.
In geval van een storing aan het systeem
voor het in- en uitschakelen van de passa-
giersairbags, is het verboden een achterste-
voren geplaatst kinderzitje op de voorstoel
te gebruiken.
Het gebruik van de voorstoel door een pas-
sagier wordt ook afgeraden.
©
licht
Het in- en uitschakelen van de
passagiersairbag moeten bij
stilstaande auto gebeuren.
Als dit bij rijdende auto ge-
beurt, lichten de controlelampjes
©
en
Om de staat van de airbag weer in over-
eenstemming te brengen met de stand
van de grendel, zet u het contact uit en
weer aan.
å
op.