LEKKE BAND, RESERVEWIEL
1
Reservewiel 6
Het reservewiel bevindt zich in de bagage-
ruimte. Om erbij te kunnen komen:
– Open de achterklep, til mat van de ba-
gageruimte 1 op, maak de riem 3 aan
haak 2 vast, verwijder daarna het
deksel 4;
– draai de bevestiging 5 linksom en verwij-
der het;
– als de auto een luidspreker 7 heeft, ver-
wijder de zelfklevende strip en leg hem
opzij;
– pak het reservewiel 6.
5.2
2
3
5
4
Bijzonderheid
Het controlesysteem van de bandenspan-
ning controleert niet de spanning van de
reserveband (het door het reservewiel ver-
vangen wiel verdwijnt van het display op het
instrumentenpaneel).
Raadpleeg de paragraaf "Controlesysteem
bandenspanning" in hoofdstuk 2.
Laat het reservewiel regelma-
tig door uw dealer controle-
ren. Na verloop van tijd kan het
door veroudering onbruikbaar
worden.
6
reservewiel op een auto.
– Vervang zo snel mogelijk het reserve-
wiel door een wiel van dezelfde maat
als het originele wiel.
– Bij tijdelijk gebruik van dit reserve-
wiel, mag de rijsnelheid niet hoger
zijn dan de snelheid die op de sticker
7
op het wiel aangegeven staat.
– De montage van dit wiel kan het rij-
gedrag van uw auto veranderen.
Voorkom snel optrekken en krachtig
remmen en verminder uw snelheid in
bochten.
– Bij gebruik van sneeuwkettingen,
plaatst u het reservewiel op de ach-
teras om een wiel met een normale
afmeting voor te hebben, controleer
de bandenspanning.
Auto's met een reservewiel
dat kleiner is dan de andere
vier wielen:
– Monteer nooit meer dan één