Referentiesysteem
Met een referentiesysteem worden posities in één vlak of ruimte
Z
eenduidig vastgelegd. De opgave van een positie relateert zich
altijd aan een vastgelegd punt en wordt door coördinaten
beschreven.
Y
In het rechthoekige systeem (cartesiaans systeem) worden drie
richtingen als assen X, Y en Z vastgelegd. De assen staan loodrecht
op elkaar en snijden elkaar in één punt, het nulpunt. Eén coördinaat
geeft de afstand naar het nulpunt in één van deze richtingen aan. Zo
wordt een positie in het vlak door twee coördinaten en in een
ruimte door drie coördinaten beschreven.
X
Coördinaten, die zich aan het nulpunt relateren, worden als
absolute coördinaten gekenmerkt. Gerelateerde coördinaten
relateren zich aan een willekeurig andere positie (referentiepunt) in
het coördinatensysteem. Gerelateerde coördinatenwaarden
worden ook als incrementele coördinatenwaarden aangeduid.
Referentiesystemen op freesmachines
Bij de bewerking van een werkstuk op een freesmachine gaat men
+Z
+ Y
+ X
in het algemeen uit van het rechthoekige coördinatensysteem. De
afbeelding rechts toont, hoe het rechthoekige coördinatensysteem
toegekend wordt aan de machine-assen. De drie-vinger-regel van
de rechterhand dient als ezelsbruggetje: wanneer de middelvinger
in de richting van de gereedschapsas vanaf het werkstuk naar het
gereedschap wijst, dan wijst hij in de richting Z+, de duim in de
richting X+ en de wijsvinger in de richting Y+.
+Z
+X
De TNC 310 kan in het totaal maximaal 4 assen besturen. Naast de
+Y
hoofdassen X, Y en Z zijn er ook de parallel liggende additionele
assen U, V en W. Rotatie-assen worden d.m.v. A, B en C
gekenmerkt. De afbeelding onder toont de indeling van de
additionele assen resp. rotatie-assen ten opzichte van de
hoofdassen.
Z
Y
W+
C+
B+
V+
A+
X
U+
HEIDENHAIN TNC 310
25