12.3 Sleutelgetal ingeven
Voor het ingeven van het sleutelgetal moet de softkey met de
sleutel ingedrukt worden. De TNC heeft voor onderstaande functies
een sleutelgetal nodig:
Functie
Gebruikerparameters kiezen
Bestandsbeveiliging opheffen
Bedrijfstijden-teller voor:
BESTURING AAN
PROGRAMMA-AFLOOP
SPIL AAN
12.4 Data-interface instellen
Voor het instellen van de data-interface moet de softkey
RS 232 INSTELLEN ingedrukt worden. De TNC toont het
beeldschermmenu, waarin de volgende instellingen moeten
worden ingegeven:
WERKSTAND van het externe apparaat kiezen
Extern apparaat
HEIDENHAIN diskette-eenheid
FE 401 en FE 401B
Randapparatuur b.v. printer, lezer,
ponsapparaat, PC zonder TNC.EXE
PC met HEIDENHAIN-software
TNC.EXE
Geen overdracht van gegevens, b.v.
werken zonder aangesl. apparaat
BAUDRATE instellen
De BAUDRATE (data-overdrachtssnelheid) kan tussen 110 en
115.200 baud gekozen worden. De TNC slaat naar elke werkstand
(FE, EXT1 enz.) een BAUDRATE op. Wanneer met de pijltoets het
veld BAUDRATE gekozen wordt, dan zet de TNC de baudrate op de
laatste, voor deze werkstand opgeslagen, waarde.
HEIDENHAIN TNC 310
Sleutelgetal
123
86357
857282
DATA-INTERFACE RS232
FE
EXT1, EXT2
FE
NUL
171