Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Werkstukken Meten Met 3D-Tastsystemen - HEIDENHAIN TNC 310 Bedieningshandboek

Nc-software 286 040-xx
Verberg thumbnails Zie ook voor TNC 310:
Inhoudsopgave

Advertenties

11.3 Werkstukken meten met
3D-tastsystemen
Met het 3D-tastsysteem kunnen:
positiecoördinaten en daaruit
maten en hoeken van het werkstuk worden bepaald
Coördinaat van een positie op het uitgerichte
werkstuk bepalen
Tastfunctie kiezen: softkey TASTEN POS indrukken.
Tastsysteem naar een positie in de buurt van het
tastpunt verplaatsen.
Tastrichting en gelijktijdig as kiezen, waaraan de
coördinaat gerelateerd moet worden: met pijltoets as
kiezen.
Tasten: NC-START-toets indrukken.
De TNC toont de coördinaat van het tastpunt als REFERENTIEPUNT.
Coördinaten van een hoekpunt in het bewerkingsvlak
bepalen
Coördinaten van het hoekpunt bepalen, zoals onder „Hoekpunt als
referentiepunt" beschreven is. De TNC toont de coördinaten van het
getaste hoekpunt als REFERENTIEPUNT.
Werkstukmaten bepalen
Tastfunctie kiezen: softkey TASTEN POS indrukken.
Tastsysteem naar een positie in de buurt van het
eerste tastpunt A verplaatsen.
Tastrichting met pijltoets kiezen.
Tasten: NC-START-toets indrukken.
Als REFERENTIEPUNT getoonde waarde noteren
(alleen, indien eerder vastgelegd referentiepunt
werkzaam moet blijven).
REFERENTIEPUNT: „0" ingeven.
Dialoog afbreken: END-toets indrukken.
Tastfunctie opnieuw kiezen: softkey TASTEN POS
indrukken.
166
Z
Y
B
11 3D-tastsystemen
A
X

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave