Geluidsopname J
Niveaumeter
Opties voor [Geluidsopname/Opname niveau]
[Automatisch]: Het geluidsopnameniveau wordt automatisch
[Handmatig]:
[Uitschakelen]: Er wordt geen geluid opgenomen.
[Windfilter]
Wanneer deze functie is ingesteld op [Auto], wordt het geluid dat wordt
veroorzaakt door wind verminderd wanneer het buiten waait. Deze functie
wordt alleen geactiveerd bij gebruik van de ingebouwde microfoons. Wanneer
de windfilterfunctie is geactiveerd, worden ook lage bastonen verminderd.
[Demper]
Zelfs als u [Geluidsopname] instelt op [Automatisch] of
[Handmatig] voordat u een opname maakt, kan er geluidsvervorming
optreden indien er een zeer hard geluid is. In dergelijke gevallen wordt
het aanbevolen om de instelling [Inschakelen] te gebruiken.
Normaliter nemen de ingebouwde
microfoons geluid in stereo op. Indien er
een in de handel verkrijgbare externe
stereomicrofoon met een ministekker
(diameter van 3,5 mm) wordt aangesloten
op de IN-aansluiting voor externe
microfoons (pag. 26), krijgt deze prioriteit.
aangepast. Automatische niveauregeling functioneert
automatisch in reactie op het geluidsniveau.
Voor gevorderde gebruikers. U kunt het
geluidsopnameniveau instellen op een van
64 niveaus.
Selecteer [Opname niveau] en kijk op de
niveaumeter terwijl u de pijltjestoetsen <Y> en
<Z> indrukt om het geluidsopnameniveau aan te
passen. Kijk op de piekenindicator (circa 3 sec.) en
pas het niveau dusdanig aan dat de niveaumeter
soms rechts van de markering 12 (-12 dB) oplicht
voor de hardste geluiden. Indien dit meer is dan 0,
wordt het geluid vervormd.
3 Menufunctie-instellingen
251