Alarmen
NIBP/SpO
-koppeling-alarmfunctie
2
Om valse SpO
-alarmen te vermijden als de niet-
2
invasieve bloeddrukmanchet en de SpO
tijdens een actieve niet-invasieve bloeddrukmeting
op eenzelfde ledemaat worden geplaatst,
selecteert u NIBP/SpO
Alarm-instellingen-dialoogvenster (zie
pagina 248).
Wanneer de functie is geactiveerd, worden alle
SpO
-alarmen gedeactiveerd tijdens een actieve,
2
niet-invasieve bloeddrukmeting. Zie pagina 248 als
u deze functie wilt activeren of deactiveren.
94
-sensor
2
-koppeling Aan in het
2
Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – Infinity M540 VG4.n
Invasieve bloeddrukwaarden op nul
stellen
Nulstelling van alle invasieve bloeddrukwaarden
met de nultoets (
) op de hemodynamische
pods heeft de volgende effecten:
– Alle grensalarmen en statische alarmen voor
invasieve bloeddruk worden onderdrukt vanaf
het moment dat de toets wordt ingedrukt
tot 30 seconden nadat de nulstelling is voltooid.
Nulstelling van één enkele invasieve
bloeddrukwaarde op de M540 (zie pagina 221)
heeft de volgende effecten:
– Het grensalarm en het statische alarm voor de
betreffende invasieve bloeddrukparameter
worden onderdrukt vanaf het moment dat de
knop wordt ingedrukt tot 30 seconden nadat de
nulstelling is voltooid.
– Als de op nul gestelde parameter ICP of ART is,
wordt het CPP-grensalarm ook onderdrukt
vanaf het moment dat de knop wordt ingedrukt
tot 30 seconden nadat de nulstelling is voltooid.
De onderdrukking van alarmen die het gevolg is
van de nulstelling van invasieve
bloeddrukwaarden, wordt door de volgende
alarmcondities opgeheven:
– De parameter voor de invasieve bloeddruk ligt
buiten het meetbereik (te hoog/laag)
– Storing in de transducer voor de invasieve
bloeddruk ten gevolge van een hardwarefout,
zoals een open kabel of een kortsluiting in de
kabel.
– Geen verbinding met transducers
– Geen verbinding met hemodynamische pods
– Als een wedgedrukmeting eindigt voordat de
nulstelling van 30 seconden is voltooid, wordt
alleen de alarmgrens voor de parameter PA M
geactiveerd