OPMERKING
De weergegeven hartfrequentie kan onjuist zijn
als de pacemakerpuls door de ECG-curve loopt
(niet-effectieve pacing). Tijdens de test voor
variërende pacemakers vereist door
IEC 60601-2-27 en ANSI/AAMI EC13, varieerde
de weergegeven hartfrequentie tussen 15 en
30 spm (in plaats van consistent 30 spm). De
weergegeven hartfrequentie werd niet beïnvloed
door de aanwezigheid van pacemakerpulsen
tijdens de andere pacemakertests van deze
norm.
Apparaatinterferentie met
pacemakerbewaking
De volgende apparaten kunnen de
pacemakerbewaking storen.
Op impedantie gebaseerde,
frequentiegevoelige pacemakers
Deze pacemakers zenden pulsen uit waarmee de
pacemakerfrequentie wordt aangepast aan de
respiratoire frequentie. Deze pulsen kunnen ten
onrechte worden geïnterpreteerd als
pacemakerpulsen. Voor op impedantie
gebaseerde, frequentiegevoelige pacemakers
dient u de elektroden te verplaatsen totdat de
blauwe spikes in de curve verdwijnen omdat deze
niet zijn gerelateerd aan reële pacemakerimpulsen.
WAARSCHUWING
Ten gevolge van WLAN (lokaal draadloos
netwerk) kan draadloze bewaking leiden tot
mogelijke interferentie met
pacemakerbewaking.
Infusie- of extracorporele pompen
Interferentie door deze apparaten kan
pacemaker-pulsen in de curve veroorzaken,
ondanks dat de ECG er normaal uitziet. Indien
mogelijk dient u de pomp uit te schakelen om te
bepalen of de pomp de oorzaak is van het artefact.
Kies de afleiding met het beste signaal of vervang
Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – Infinity M540 VG4.n
de elektroden om het artefact te minimaliseren.
Omleiding van invasieve bloeddrukslangen naar
een plaats uit de buurt van de infusieslangen kan
de ECG-signalen ook verbeteren.
Lijnisolatieapparaten
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen om het
effect van lijnisolatieapparaten, die tijdelijke
storingen in het ECG-signaal kunnen veroorzaken,
te reduceren.
– Kies de afleiding met het beste signaal voor
ECG-bewaking.
– Controleer de ECG-elektroden en vervang
deze zo nodig.
Transcutane elektrische zenuwstimulatie
(TENS)
Signalen van transcutane elektrische
zenuwstimulatoren (TENS) lijken vaak op
pacemakersignalen en kunnen als zodanig worden
gelabeld. Mogelijk wijst de M540 geldige QRS-
complexen, die op verkeerde geïnterpreteerde
TENS-signalen volgen, af. Als TENS-signalen
desondanks als pacermakerpulsen worden
geregistreerd, schakelt u pacemakerdetectie uit
(zie pagina 147).
ECG, aritmie en ST-segment
151