Minimum alarm-
– Uit (niet beschikbaar als
vol.
– 5, 10, 20, 30, 40, 50 (stan-
Transport-volu-
50 % (standaard), 60 %, 70 %,
me
80 %, 90 %, 100 %
Pulstoon bij
– Uit (standaard)
transport
– 5, 10, 20, 30, 40, 50, 60,
Alarm patroon
– IEC traag
– IEC snel (standaard)
– Infinity
Stille modus
– Aan
– Uit (standaard)
Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – Infinity M540 VG4.n
Volume/Tonen-tabblad (klinisch wachtwoord vereist)
de verbinding met het ICS
onbeschikbaar is)
daard), 60, 70, 80, 90,
100 %
70, 80, 90, 100 %
Bepaalt welke alarmvolume-instellingen er be-
schikbaar zijn onder de Alarm volume-toets.
Deze instelling heeft geen invloed op het volume
van de waarschuwingstoon of de pulstoon.
Bepaalt het alarmvolume van de M540 tijdens
patiënttransport.
Bepaalt het volume van de hartfrequentie en de
SpO
pulstoon van de M540 tijdens patiënt-
2
transport.
Bepaalt het type alarmtoonpatroon in gebruik
(zie voor meer informatie 'Akoestische alarmsig-
nalen' op pagina 91).
– Aan – Enkel alarmcondities met hogere pri-
oriteit heffen een actieve audiopauze op. Het
toepasselijke parametervak knippert. Alarm-
toestanden met eenzelfde of lagere prioriteit
worden niet met een alarmtoon gerappor-
teerd.
– Uit – Elke nieuwe alarmconditie, ongeacht
de alarmprioriteit, heft een reeds actieve au-
diopauze op de Cockpit en op het ICS, als de
patiënt daar werd opgenomen, op. Alle zicht-
bare en akoestische signalen worden volle-
dig gemeld voor elke nieuwe alarmconditie.
Voor gedetailleerde informatie over hoe de stil-
modus het gedrag van de audiopauze beïn-
vloedt, zie pagina 97.
Systeemconfiguratie
249