Bedieningsconcept
Communicatie tussen de M540 en de Cockpit
De communicatie tussen de M540 en de Cockpit
start zodra de M540 is gekoppeld op de M500 (zie
pagina 73). De M540 haalt fysiologische signalen
van de patiënt op en geeft ze voor weergave door
naar de Cockpit. Via de Cockpit worden de patiënt-
gegevens vervolgens op het Infinity-netwerk be-
schikbaar gemaakt.
Wanneer de M540 is gekoppeld, neemt de Cockpit
de aankondigingen van alle akoestische alarmsig-
nalen voor zijn rekening. Alarmen worden echter
altijd optisch gemeld op de Cockpit en op de M540.
Wanneer de M540 wordt losgekoppeld voor trans-
port, geeft deze akoestische alarmsignalen. Boven-
dien kan het ICS de aankondigingen van akoesti-
sche alarmsignalen voor een M540 op draadloos
transport voor zijn rekening nemen.
OPMERKING
Als u wilt dat alarmen ook hoorbaar zijn op de
M540 wanneer deze is gekoppeld, stelt u het
alarmtoonvolume op de M540 handmatig in.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de M540
voor meer informatie.
De enige uitzonderingen zijn Cockpit-specifieke
alarmberichten, zoals Extern apparaat losgekop-
peld, waarvoor de M540 geen akoestische en opti-
sche alarmsignalen meldt.
Wanneer de M540 is gekoppeld, worden alle wijzi-
gingen die op de Cockpit in patiëntinstellingen wor-
den gemaakt (zoals alarmgrenzen) automatisch
overgedragen naar de M540 (en omgekeerd).
OPMERKING
Als de M540 niet kan communiceren met de
Cockpit, laat de Cockpit een alarm horen. Verder
wordt er via het netwerk een alarm uitgezonden
naar het Infinity CentralStation (ICS) om aan
te geven dat de communicatie is verbroken,
op voorwaarde dat de patiënt daar is opgenomen.
De M540 blijft de patiënt bewaken.
40
Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – Bewakingstoepassingen VG2
De M540 koppelen
Zodra de M540 in de M500 is gekoppeld, gebeurt
er het volgende op de Cockpit:
– Het bericht Koppelen aan M540 verschijnt
in het midden van het Cockpit-scherm.
– Via de Cockpit worden de gegevens van
de M540 op het Infinity-netwerk beschikbaar
gemaakt.
OPMERKING
Als u een M540 koppelt met een andere pa-
tiëntcategorie dan de categorie die is geselec-
teerd op de Cockpit, wordt de patiëntcategorie-in-
stelling van de Cockpit aangepast aan de instel-
ling van de M540.
Koppelen op dezelfde Cockpit
Als u een M540 ontkoppelt van een Cockpit en de
M540 later opnieuw op dezelfde Cockpit koppelt,
wordt de gegevensverzameling naadloos voortge-
zet. De Cockpit haalt automatisch alle gegevens
op die de M540 tijdens het patiënttransport heeft
verzameld, en voegt deze samen met de gege-
vensset voor de betreffende patiënt.