De inhoud van de parametervakken voor invasieve
bloeddruk is afhankelijk van het feit of de parameter
pulserend of niet-pulserend is. In parametervelden
voor pulserende drukwaarden (ART, LV, PA, RV,
GD1, GD2, GD3, GD4) worden systolische, diasto-
lische en gemiddelde drukwaarden weergegeven.
In parametervakken voor niet-pulserende druk-
waarden (LA, RA, CVD, ICP) wordt alleen de ge-
middelde drukwaarde weergegeven.
Als de M540 een statische drukwaarde detecteert,
berekent het algoritme alleen de gemiddelde druk.
Een statische drukconditie treedt op wanneer de
maximum- en minimumwaarden van een pulserend
druksignaal verschillen met minder dan 3 mmHg
(0,4 kPa).
Het parametervak voor invasieve bloeddruk bevat
de volgende elementen:
A
B
E
Invasieve bloeddrukcurven
De curven voor invasieve bloeddruk worden weer-
gegeven in afzonderlijke curvekanalen of in een
overlappend formaat in één kanaal. In het overlap-
pende formaat wordt het curvegebied vergroot en
worden meerdere curven gecombineerd. Voor elke
invasieve bloeddrukcurve wordt er een overeen-
komstig parametervak weergegeven. Als u de
overlappende weergave voor aangrenzende druk-
curven wilt activeren, raadpleegt u pagina 335 in
het hoofdstuk 'Systeemconfiguratie'.
Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – Bewakingstoepassingen VG2
A IBP-parameterlabel
B Meeteenheid (kan worden geactiveerd/gedeac-
tiveerd)
C Waarde van gemiddelde druk
D Alarmgrenzen of doorgekruiste driehoeksym-
bolen wanneer alarmen zijn gedeactiveerd
E Systolische/diastolische drukwaarden
Grote gemiddelde waarde
De gemiddelde waarde voor invasieve bloeddruk
kan worden weergegeven met een gewoon of een
groot lettertype.
De grote weergave van de gemiddelde waarde
activeren
Selecteer het parametervak voor invasieve
bloeddruk om de pagina IBP rechtstreeks te se-
lecteren.
C
of
1 Selecteer Sensor parameters... in de hoofd-
D
menubalk.
2 Selecteer de gewenste IBP-tab (bijvoorbeeld
GD1) langs de rechterzijde van de IBP-pagina.
3 Selecteer Aan naast Mean groot.
Invasieve bloeddruk (IBP)
269