6 CYCL DEF
1.0 DIEPBOREN
7 CYCL DEF
1.1 AFST 5
8 CYCL DEF
1.2 DIEPTE -20
9 CYCL DEF
1.3 VERPL. 10
10 CYCL DEF
1.4 ST.TIJD 0,5
11 CYCL DEF
1.5 F250
12 CYCL CALL
13 L Z+200 R0 FMAX M2
14 END P M $MDI MM
De rechte-functie wordt in „6.4 Baanbewegingen - rechthoekige
coördinaten" beschreven, de cyclus DIEPBOREN in „8.3 Boorcycli" .
Voorbeeld 2
Compenseren van de scheve ligging van het werkstuk bij machines
met rondtafel
Basisrotatie met 3D-tastsysteem uitvoeren. Zie „12.1 Tastcycli in
de werkstanden Handbediening en El. Handwiel" , onder „Scheve
ligging van het werkstuk compenseren" .
<
Rotatiehoek noteren en basisrotatie weer opheffen
<
Werkstand kiezen: positioneren met
handingave
<
Rondtafelas kiezen, genoteerde rotatiehoek en
aanzet ingeven
b.v. L C+2.561 F50
<
Ingave afsluiten
<
Externe START-toets indrukken: scheve ligging
wordt door rotatie van de rondtafel
gecompenseerd, de cursor wordt na de NC-start
naar de volgende regel verschoven
HEIDENHAIN TNC 410
Cyclus DIEPBOREN definiëren:
Veiligheidsafst. van gereedschap boven boorgat
Diepte boorgat (voorteken=werkrichting)
Diepteverplaatsing voor het terugtrekken
Stilstandstijd op bodem van de boring in seconden
Booraanzet
Cyclus DIEPBOREN oproepen
Gereedschap terugtrekken
Einde programma
23