CONTOURFREZEN (cyclus 16)
Toepassing
Cyclus 16 CONTOURFREZEN dient voor het nabewerken van de
contourkamer.
Let vóór het programmeren op het volgende:
Positioneerregel op het startpunt in de spilas
(veiligheidsafstand boven het werkstukoppervlak)
programmeren.
De TNC bewerkt elke deelcontour separaat na, ook in meerdere
verplaatsingen wanneer ingegeven.
Veiligheidsafstand
gereedschapspunt (startpositie) en
werkstukoppervlak.
Freesdiepte
werkstukoppervlak en bodem van de kamer.
Diepte-instelling
betrekking heeft op de verplaatsing van het
gereedschap. De TNC verplaatst in één slag naar
diepte als:
diepte-instelling en freesdiepte gelijk zijn
de diepte-instelling groter is dan de freesdiepte
De freesdiepte hoeft geen veelvoud van de diepte-
instelling te zijn
Aanzet diepteverplaatsing: insteekaanzet in mm/min.
Rotatie in de richting van de wijzers van de klok:
DR + : meelopend frezen met M3
DR – : tegenlopend frezen met M3
Aanzet: freesaanzet in mm/min.
HEIDENHAIN TNC 410
(incrementeel): afstand tussen
(incrementeel): afstand tussen
(incrementeel): maat, die
Z
NC-voorbeeldregels:
12
Y L DEF 16.0
ONTOURFREZEN
13
Y L DEF 16.1 AFST+2 DIEPTE-25
14
Y L DEF 16.2 AANZET+5 F150 DR+ F500
X
171