03 Bestuurdersmilieu
Verlichting
03
Verlichtingsdraaiknop in stand AUTO.
Schakel het AHB in of uit door de linker stuur-
hendel tot in de eindstand naar het stuurwiel te
halen en vervolgens los te laten. Na het deac-
tiveren van het groot licht wordt direct overge-
schakeld naar dimlicht.
Verlichtingsdraaiknop en stuurhendel.
88
Wanneer het AHB ontstoken is, brandt het
lampje
op het display van het instru-
mentenpaneel. Wanneer het groot licht ontsto-
ken is, brandt ook het lampje
instrumentenpaneel.
N.B.
Houd de voorruit vóór de camerasensor vrij
van sneeuw, ijs, condens en vuil.
Plak of monteer geen stickers of andere
voorwerpen op de voorruit in het gebied
vóór de camerasensor, omdat één of meer
systemen die gebruik maken van de camera
daardoor mogelijk niet goed of helemaal
niet werken.
Als de melding
AHB tijdelijk niet
beschikbaar
op het display van het instru-
mentenpaneel staat, moet u handmatig tussen
groot licht en dimlicht schakelen. De verlich-
tingsdraaiknop kan echter nog steeds in de
stand
staan. Hetzelfde geldt, als de mel-
ding
Voorruitsensoren afgedekt
lampje
verschijnen. Het lampje
dooft, wanneer deze melding ver-
schijnt.
AHB is mogelijk tijdelijk niet beschikbaar, zoals
in dichte mist of bij zware regenval. Wanneer
AHB weer beschikbaar is of als de voorruitsen-
soren niet langer zijn afgedekt, verdwijnt de
melding en gaat het lampje
op het
WAARSCHUWING
AHB is een systeem dat u helpt om in
ongunstige omstandigheden de optimale
verlichting te kiezen.
Als bestuurder bent u echter altijd verplicht
om handmatig te wisselen tussen groot licht
en dimlicht, als dat gezien de verkeerssitua-
tie en/of weersgesteldheid vereist is.
en het
branden.