Reservewiel*
De volgende instructies gelden alleen voor
reservewielen die bij wijze van accessoire
zijn aangekocht. Als de auto geen reservewiel
heeft, zie dan pagina 330 voor meer informatie
over de provisorische bandenreparatie (TMK).
Een compact reservewiel (Temporary Spare) is
alleen bestemd voor tijdelijk gebruik en dient
dan ook zo spoedig mogelijk door een normaal
wiel te worden vervangen. Het rijgedrag van de
auto kan zich wijzigen bij het gebruik van een
compact reservewiel. Het compacte reserve-
wiel is kleiner dan een normaal wiel. De bodem-
speling verandert er daarom door. Wees voor-
zichtig bij hoge trottoirbanden en reinig de auto
niet in een autowasstraat. Als het reservewiel
op de vooras zit, kunt u evenmin sneeuwket-
tingen omleggen. Bij vierwielaangedreven
auto's is de achterwielaandrijving uit te scha-
kelen. Het reservewiel mag niet worden gere-
pareerd. In de bandenspanningstabel, zie
pagina 396, staat de juiste bandenspanning
voor het reservewiel.
BELANGRIJK
Rijd nooit sneller dan 80 km/h bij gebruik
van een compact reservewiel.
BELANGRIJK
Rijd nooit met meer dan één compact reser-
vewiel (Temporary Spare) tegelijk.
Het reservewiel wordt aangeleverd in een zak
die op de laadvloer van de kofferbak bewaard
en met spanbanden bevestigd moet worden.
Auto's met twee verankeringsogen.
Draai de handgreep van de reservewielzak
naar de achterbank toe. Bevestig de haken van
de vastgenaaide spanbanden in de veranker-
ingsogen. Bevestig de lange band in een van
de verankeringsogen, haal de band rond het
reservewiel en door de onderste handgreep.
Zet de korte spanband vast op de lange.
Bevestig deze in het andere verankeringsoog
en haal aan.
08 Wielen en banden
Wielen verwisselen
Auto's met vier verankeringsogen.
Draai de handgreep van de reservewielzak
naar u toe. Bevestig de haken van de vastge-
naaide spanbanden in de voorste veranker-
ingsogen. Bevestig de lange band in een van
de voorste verankeringsogen, haal de band
diagonaal over het reservewiel en door de
bovenste handgreep. Zet de korte spanband
vast op de lange. Bevestig deze in het achter-
ste verankeringsoog en haal aan.
Reservewiel erbij nemen
1. Haal de spanbanden los, til het reservewiel
uit de kofferbak en haal het uit de reserve-
wielzak.
2. Klap de vloer in de bagageruimte omhoog.
3. Til het gereedschap en de krik uit het blok
schuimrubber.
*
Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
08
323